Jïï_ E X G E L W_E R A. van Sunderland de Haan, CardifF; Velt, KoningsbergenDouwes Dantzig Keuw Drobaek de Groot Flekketiord öcbiijlter Drammen Hillers Catharina Surinamegisteren nog RadeldtF en Nauscb beide van Dantzig. Uitgez. Wortelboer Bordeaux; Hedden CardifF; Boston en Veldhuis, Deide naar IlullZuiderduin van Havana naar Petersburg en Antzen Drammengisteren nog Visser Huil. De wind O. 22 Meib nnengelc. Andresen Sophla Maria en Popken de Koop handel beide van Suriname Edwards Angelique INewjork Engelen berg Lisbon en Mulder CardifF. Uitgezeild niets. De wind w. 23 Mei, binnengek. Dekker, Cheribon; Passaroeang; Henning, Plata Montevideo; Legger, BayonneGuldenarm en Croese beide van Lond. en Thijs Drammen. Uitgez. Kernkamp Egmond Suriname Ashten Commcrce New- jork Cartis I'ara jon Boston Kreay KonstantinopelEngelsman Genua en Passentien Stettin. De wind o. 24 Mei, binnengek. Tippema Londen; RepkoNewcastieSchultz €0 Tode Dantzig Piekert Stettin Mockelbort Christiansund Kiölöe én Christeesen Drammen. Uitgez. Fekkes Genua en Cummings Londen. De wind o. tot z. z. o. 25 Mei, binnengek. Disney, Londen,- Engelsman, Ilull; JonkerFahr- sund en Mareussen Drammen; niets uitgezeild; de wind w. z. w. 26 Mei binnengek. Visser, de FisscherijLonden; de JongHet dorp Gaastmeer ld. Botsom Northam ld. Vegth Resolution Drammen Bakker Luna ld. Meesman Neptunus CardifF; Baraldsen Kvighe- den Drammen. Gisteren na posttijd. Hendriks Anthonia Suriname. Uitgezeild. Laersen Famiclien Drammen Petrowke Johanna Cris- tina Stettin. De wind w. UOXGAAMSCM MEGTSGElflMG in de STA& BITSE tot E€SaT§€MEII50T®. De graaf Barlsaij heer van Zevendalen van Dravinsanij is een Hongaarsch edelman van tien ouden stempel nog geheel de ntan van oorlogzuchtigen aard, van rutve manier en wiens opvoeding geheel militair is geweest. Om hem ten minste te leeren lezen was inen genoodzaakt geweest de onderscheiden letters van liet alphabcth te doen schilderen op bordjes, die hij daarna met pistoolkogeis doorschoot. Hij werd dan ook bij uitstek behendig iu zulk soort van oefeningen; een in de lucht geworpen geldstuk doorschoot hij met een kogel op 25 schre den schoot hij met den kogel de pit van eene kaars zonder dezelve te blusschen en op 50 schreden teekende hij op een dun metaal plaatje zijnen naam met zijne pistool-kegels. Rog zeer jong bekwam hij eene plaats in het regiment der koninklijke (keizerlijke) huzaren. Ai spoedig werd hij tol ka pitein bevorderd maar tegen het einde van het jaar 1831 bezeffende dat er in lang geen van die groote oorlogen te wachten zou zijn welke zijne woelzucht en zijnen moed zoo zeer gewenscht zouden hebben nam hij zijn ontslag en week hij naar zijne landgoederen; daar werd de jagt zijn geliefkoosd vermaak, zijne dagelijksche bezigheid. Van tijd tot tijd deed hij evenwel kleine reizen met eenige kloeke toglgenooten van zijne soort gewapende togten tegen de Heijduks van Servië van Bosnië en van Montenegro, niet zoo zeer ten behoeve zijns koningsmet wiens legerbenden die oproerige bevolkingen steeds in oorlog zijn als wel tot eigen genoegen en om zich als het ware bij adem te houden. Zoo was de levenswijze van den gewezen huzaren kapitein toen hij bij zekere gelegenheid een bezoek ging afleggen bij den graaf Bradomissa wiens dochter Eleonora Jledwiga wegens hare schoonheid in den omtrek beroemd was. De graaf Barlsaij verscheen gezeten op een bruiiirooden hengst van Circassisch ras een ontembaar dierdat zich alteen door Item liet bereiden. Eleonora zulks vernemendeverklaarde hel voor zich te willen en in weerwil van alle waarschuwingen haar gedaan omtrent het gevaar, waaraan zij zicli ging bloot stellen sprong zij in den zadel en bestierde zij tiet moedig ros met zooveel behendigheid, kracht en gemakkelijkheid dat het niet van berijder scheen veranderd te hebben en het zich tot verbaziug maar tevens tot groot vermaak van den graaf Barlsaij volmaakt gedwee voor zijne nieuwe meesteres betoon de. Van dit oogeublik ontstond er tusschen hem en het jeug dig meisje, hetwelk hem in krijgshaftigheid scheen te evenaren een volmaakte wedstrijd. Barlsaij liet het hartenans uit een spel kaarten op 30 schre den afstand plaatsen en schoot met liet eerste pistoolschol het roode aas midden uit deszelfs witte veld. Eleonora Hed- wiga liet dadelijk op hare beurtde harten vijf uit hetzelfde spelter zelfder plaats stellen en schoot achtervolgend met vijf kogels do vijf harten uit de kaart. De kapitein hieuw met een fikschen sabelslag eene regtstaudig geplaatste waskaars in twee stukken Eleonora liet een dier stukken weder regt staudig plaatsen en aansteken en hieuw hetzelve zonder de vlam to blusschen toen nogmaals in twee stukken. Yerrukt over zoo veel beheudigheid gevoegd bij zooveel schoonheid en bevalligheid zwoer Barlsaij bij al wat heilig is datdeschoone Jledwiga vorstin over de gelieele aarde verdiende te zijn en zonder lang te dralen verzocht hij haar verder om hare hand die hem zoo uit hoofde zijner ridderlijke vermaardheid als wegens zijn ontzettend fortuin verleend werd. Den 3 Jan. van dit jaar onthaalde graaf Barlsaijeenige zijner adellijke vrienden, op een gastmaal te zijnen huize in de stad Bnde. Aan het dessert werd de Tokaijer-vvijn mildelijk geschonken. De hoofden geraakten verhit; de oud-kapitein verhaalde van zijne vroegere heldendaden en stofte niet weinig op zijne behendigheid tot dat hij eindelijk een der aan deu wand der zaal te pronk hangende gedamasceerde en rijk be werkte pistolen grijpende uitriep Ik zal u waarde vrienden en oude togtgenoolen doen zien dat ik nog steeds dezelfde ben. QP ^iet voorbeeld van onze waardige broeders de Polen, die met een zeker schot het hieltje van het schoeisel hunner gemalinnen afschoten om dezelve !e beletten het huis voortaan te verlaten zoo wil ik heden op 25 schredenhet hieltje Tan een der schoentjes der Gravin afschieten." Rog naauwelijks had hij dit gezegd of zijne gemalin Eleo nora Jledwiga een ander pistool grijpende, gaf, zich tot de gasten rig'ende het volgende antwoord Ik stem van gauscher harte in de proef mij door den graaf voorgesteld, wat meer is, daar hij op zijn Poolsch wil schieleu zal iK hem op zijn Hongaarsch beantwoorden en, terwijl zijn kogel deu hiel van mijn schoen zal doen afspringen zal mijn kogel den op zijne borst geplaatsten gouden haak van zijn doitnau doen afvliegen." Misschien berouwde liet den graaf wel eenigzins van zich zoo verre gewaagd te hebben maar voor hem was er geeuo mogelijkheid om op zijn eenmaal geuit gezegde terug te ko men. Hij brandde er op los en bet hieltje van deu schoen vloog weg; maar bijna terzelver tijd en zonder dat de schok, dien zij had moeten ondervinden, haar in het minst hinderlijk was loste ook Jledwiga haar pistoolschot en de gouden haak vloog, met den kogel die hem afgeschoten had, tot in den muur de dolman viel. onder luide toejuichingen van de ver zamelde menigte van de schouder des Kapiteins De houding van de beide acteurs van dit zonderling tooneel was mede hoogst zonderling, maar verschillend. Eleonora Jledwiga stond kalm en glimlagchend daar; de graafdaaren- geubleek en als op het punt van magteloos ter neer te storten was genoodzaakt geweestzieh te leunen tegen een armstoel, op welken hij weldra nedergleed. Reeds den volgenden dag liad de graaf eene regtsingang tot echtscheiding ingesteld. De vierschaar Tan twaalf voor welke

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1843 | | pagina 3