menhuis te N. Pekela heLben over het bedopmaken twist gekregen, de een heeft zijne confrater .zoo toegetakeld, dat hij aan de gevolgen overleden is. Te Uzerche heeft een tweegevecht van vrouwen plaats gehad de eene heeft het schoone gezigt van de andere met hagel deerlijk misvormd. Te 's Hertogenbosch is op het geroep van hulp een man dood uit het water gehaald. l)e stads schouwburg wordt te Leeuwarden verkocht. Blanus is met zijn troep paardrij ders klagende naar Utrecht vertrokken. Te Köthen is een winnende speler op de plaats dood gebleven. Dit voorval zal een proces ten gevolge hebben. De exminister is op h,et Loo bij den exkoning. Aldaar wordt gevischt, gadanst, gereden, gejaagd, muziek gemaakt, vuurwerken afgestoken ènz. De danseres Fannij Ellsler is door de Brussellaren in triumf naar hare woning gebragt. Het hof en de aanzienlijken in den lande eten nieuwe haring. Van het roggebrood is de prijs verhoogd. Bij Maintz be vatten de koornaren 92 korrels. Een stokerijerger dan de Cholerazal te Heusdcn worden opgerigt. De Politie van Breda heeft een natte dief gevangen. Z. M. Graaf van Nassau geeft 150,- om eene kerk te bouwen. De fami lie Rotschild doet eene gift van 150,000 fl. voor het bouwen eener Sijnagoge. Davidis is vrijgesproken. Z. M. zal het exercitie Eskader uitgeleide doen. Sommige kleef- sche steden meenen op Nederland eene pretentie van ruim een millioen guldens te hebben. Zij dagteekent van de 16 eeuwdeze schuld is verjaardeen gelukkig toeval voor de ledige schatkist. Men denkt er sterk aan om in 1844 en 1845 aanzienlijke bezuinigingen in te voeren. De Carlisten worden wakker. Espartero wordt het rood en groen voor de oogen. jrüüCEAtrEBM, Ij M O IX ElV RO SJLMWKBA. I. Deze beide namen van personen wier uileinde zoo treurig was nebben aan de poësie rijken stof opgcleveid wij willen in den eenvoudigen toon der historische Muze de lotgevallen van dit ongelukkig paar met losse trekken schetsen. "Wij ho pen onze lezers daarmede gcenc ondienst Ie doen en zullen van lijd tot tijd meer zoodanige korte en belangrijke tafereelen in het klein mededcclcn waardoor ons Weekblad bij aange name verscheidenheid eenige historische waarde zal verkrijgen. Alboin was de zoon van Audoin het hoofd der Longobar- den de held die dezen Germaanschen volkstam een vast ver blijf in Opper-Italic met het zwaard in den vuisl verwierf. Zijn naam bezielde het idé van heldcnroem in de gezangen zijns volks hij paarde beleid met dapperheid zoodat hij even gelukkig was geplaatst aan het roer van den staatals aan het hoofd zijner krijgsdrommen. Tijdens de groote volksverhuizing der Germaansclie volks stammen waren de Longobarden uit het Noorden van Duitsch- laud naar den regter Douau-oever getrokken en hadden keizer Justiniaan tegen Tolila der Gollieii koning wakker bijgestaan. Alleen bestond er eene erfelijke vcele tnsschen de Longobarden en de Gepiden, even als zij een tak van den groolcn Germaan schen volkenboom. Keed$ als jongeling had Alboin Thoris- mundden edelen zoon van lier Gepiden koning Thorisind benevens zijne dappere schaar verslagen. Toen hij den troon zijner vaderen bestegen had ontvlamde het oorlogsvuur op nieuw en Alboin trok met zijne Longobaiden de Gepiden te gemoct en leverde hun in den jare 5(iC een bloedigeu en be- slissendcn slag. Het leger der Gepiden werd verslagen en hun rampspoedige koning Knnimund ontving den dood uit de hand van hem, die weleer zijnen broeder had geveld. Groot was de buit die de overwinnaar behaaldede overgeblevene Gepiden lijfde hij in onder zijne Lombarden, de dochter des konings die onder de gevangenen werd gevonden nam hij daar zijne echtgenoot Klodiswinthade dochter van der Fran- ken-koning Chlolar overleden was tot vrouwen van den schedel hares vaders deed hij naar Germaansch gebruik een drinkschaal vervaardigen, waaruit hij bij feestelijke gelegen heden dronk. Van nu af volgde hel krijgsgeluk hem op alle zijne schreden. Door Nurses die aan het hol' van keizer Jnstinns in ongenade gevallen was in Italië gelokt nam hij geweldadigerhand die landstreek in bezit die nog heden ten dage Lombardie heet en zette zich te Milaan in het jaar 570 de kroon als koning van Italië op het hoofd; terwijl hij Pavia welke stad hij na een driejarig beleg had veroverd tot zijne hoofdstad verhief. Flavivs Longinus de opvolger van Nar se s was te magtelaos, om zulk een veroveraar in het open veld het hoofd te bieden, en keizer Jnstinns had zijne handen te vol met de Persen en Avaren om zijnen Italiaanschen Landvoogd naar vereisch te ondersteunen. Lontjinus sloot zich op binnen de liooge wallen van Raven na en Alboin overheerde het land. II. Niet lang evenwel bloeiden de lauweren der overwinning oin Alboins heldenschedel eene onverschoonlijke ouvoorzigtigheid deed ze verwelken en bluschte hem roemloos het leven uit. Zoo als wij zeiden had hij de dochter van Knnimund tot gade. Dit mogt zijne staatkunde in de hand werken, omdat de overwonnene Gepiden zich nu gelaten onder zijn bewind vleiden daar toch de dochter huns konings hunne koningin was. Maar kon de hooghartige Rosamunda vergeten dat liet bloed haars vaders aan de handen van haren gemaal kleefde? dat zijn schedel in haar eigen paleis een sieraad was en buit? moest zij geen afkeer koesteren tegen een man die zelfs hare hand als oorlogsbuit verkregen liad en haar hart bebeerschte rustte op haar niet de pligt van bloedwraak De ongelukkige Alboin voor wier geen inuren of dapperheid bestand waren, viel ouder den invloed van een oogenblik, dat zoo vaak meer dan moed en beleid over het lot van velen heeft beslist. De koning vierde op zekeren tijd een feest met zijne gunste lingen en strijdgenooten. De doorgestane gevaren werden her dacht des vorslenroem verheerlijkt. De beker ging rond zoo als Germanen dronken; de driften werden opgewekt en ver metelheid en overmoed traden ten voorschijn want zedigheid ligt buiten het bereik van benevelde oogen en een opgewonden hoofd. Alboin zwelgt het bedwelmend vocht uil den schedel van Knnimund. Hij vult hem nog eens, en zijne gemalin zal hem ledigen. Zoo dacht hij had nog geen krijgsman over zij nen vijand getriomfeerd. De koningin wordt ter feestzaal in geleid en met daverend gejuich begroet. De koning reikt haar den boordeuvollen beker der wreedheid toe en noodigt haar uit den schedel haars vaders de gezondheid van zijnen moor denaar te drinken. Rosamunda staat aan den grond genageld van doodelijken schrik en glocijende verontwaardiging over den hoon haar geslacht aangedaan over de minachting en vergui zing waaraan de dronkaard haar prijs gaf; zij was echter te sterk om zich door vrouwelijke aandoeningen te laten beheer- schen. Oogenblikkelijk is haar besluit gevat: het monster zal sterven. Zij werpt, den heilloozen beker f*) weg, ijlde de zaal uit en peinsde op wraak de smaad haar aangedaan kon al leen in zijn bloed worden nitgcwischt. Zij koos tot uitvoerder van haren wraakzuchtige!! aanslag eeiicu zekeren Hclmiehildden schilpor, zoo als de Lombar den het noemden of zoo als wij zeggen den schildknaap des konings. Zij kende hein als eenen jongeling wiens moed en onverschrokkenheid zijner eerzucht evenaarden, ffelmichild (v) Daulus Diaconus die de geschiedenis der Longobirden beschreef, heeft dezen beker gezien.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1843 | | pagina 3