mlengeeive nu. Een paar Vertellingen aan 'JLee. Het GEZELSCHAP. Een klein gezelschap was in de bovenzaal van het schoone badhuis aan de haven te Boulogue-sur-mer verzameld. Hebt gij in Duitschland ook zulk slecht weder? zeide Mis JUren die bij mij aan het venster trad reeds drie dagen niets dan storm en regen! He zee schuimt, en de arme kleine Liane schijnt sidderende iu haar groen vreedzasm dalbed te willen terug keeren. Maar waarom zoo stil?" Ik wees op de woeste zee voor ons wier golven zich door den storm hemelhoog verhieven en op eene schuit die door de branding en den vallenden avond de kust trachtte te bereiken. »Een laudmenschzeide een jong zeeofficier, haar neef, mij met zijne schalkachtige bruine oogen toelagchendeis zeer verbaasd over dezen miniatuur storm en weel niet dat de zee nu hare popjes sleciits dansen laat." «Fraaije popjes, Eclvard\ zeule de tante: maar zie toch de schuit zij is verdwenen neen daar danst zij op de spits der golvenDe onverschrokken man die op het dek heen en weder gaat." »Er is ook wat onverschrokkens in! bromde de wilde gezel en nam den verrekijker: ween i'ranschman aan het roer-o, o, kameraad, loef, loef? niet afdrijven! God dein «Houd op, Eduardal te welsprekend! mijne ooien sprin gen! Mijn hemel de schuit!" Eene vreesselijkc golf spoelde over liet dek van de schuit: eene tweede scneeu haar verzwolgen te hebben. Zij werkte zich echter weder naar boven en de moedige man op het dek ging nog als te voren op en neder. »J\Tu heeft de schuit gewonnen spel, merkte Edvard aan: 3)e kerel op het dek bevalt inij niet slechtzorgeloos als mijn kapitein Galivaij «Ach, dat kleine verbaal is niet kwaad, Edvardzeide de tante: de heeren hebben het nog niet gehooid en ik hoor het gaarne nogmaals. Maar geen zeelaliju, als ik u verzoeken mag en geene afgebrokeue zinnen het eerste versta ik niet en het tweede ruikt naar leer. Daar komt ook de thee laat ons om de tafel plaats nemen." «Heerlijk, uitmuntend! riep een levendig jongman Grahum genaamd die zich wegens een verongelukt tijdschrift, dat hij te Londen uitgegeven iiad wegens een iu Di urij-Lane-Theater verongelukt treurspel en wegens eene verongelukte miunarij met eene schoone tooneelspeeister van gezegd theater iu Bou- logne zeer goed wist te troosten. «Dus geschiedenissen, ver halen het weder is juist zoo als men hc' iu de romans af- sehildert wanneer eeuige meuscheu zich tot verhalen neder zetten. De wind huilt buiten de regen klettert tegen de glazen de thee dampt de kolen gloeijeu aangenaam inden haard en wij zijn geheel oor." «Ei, zeide de goede, vrolijke Mis Wrendan moet er eerst eene schildering van de aanwezige personen voorafgaan. Hier lieen, jonge zeebeer! regt op gezeten, de arincn niet zooslap, als hadden zij den gansckeu dag aan het touwwerk gehangen. Zoo. Jiu luister. Aan de linkerzijde van Mis Wren zit een jonge deugniet, groot, rank, maar van dc slechtste houding! groote bruine oogen, grieksche neus], eenigzins te groote mond daarom neemt hij denzelven ook altijd te vol pikzwart haar, dat hij uit enkele ijdelheid veel te laug doet groeijen zeer belangrijk, als hij zeegeschiedenissen verhaalt, of in den kring zijner beteerde broeders is en hoogst lomp als hij zich op den vasten wal, en iu gezelschap van de elegante wereld be vindt; wild, kort aangebonden, tot een tweegevecht even be reid als tot een drinkgelag; het hoofd vol slechte streken en op de lippen steeds een dozijn vloeken overigens mijn ge liefde neef." «Hartelijk dank, lieve tante, voor de vriendelijke afbeel ding! ik ben lot wederdienst gereed. Aan de regterzijde van liet beschrevene zcebeersche monster zit Mis IFreneene dame in hare beste jaren eenigzins over Spreek het vrjj uitkindik maak er geen geheim van dat ik de vijftig jaren reeds achter den rug heb." Eenigzins over de vijftig jarenomdat gij het zoo beveelt; klein en fraai van gestalte misschien iels te dik een schooi» voorhoofdhet blaauwe oog geheel gevoel neus en mond voorbeelden van zuivere schoonheid, de blonde lokken Zijn valsch." «Trouwen mode, tantelief, vrouwen mode! dit witte mutsje met de kanten niet weinig sentimenteel over hol gezigt ge trokken en het roode lint liefelijk om de volle kin spelende even als aan een afgetakeld schip de roerpen los aan de ach tersteven hangt. Altijd zeer interessantinzonderheid echter, wauueer zij geesten- en spookgeschiedenissen oudisschen kan of als hare tong iu den kring van goedaardige vriendinnen voor top en takel drijft; vlug, levendig en scherp van stof r eeue vriendin van al het geestrijke, waarom zij ook altijd eene goede hoeveelheid arak iu de thee of rum in de koffij doet voor het overige mijne geliefde, aangebedene tante." (Het vervolg hierna £lbt>c?fc n tiëu. -"isc as jehs: aj iau s Een WOONHUIS voor alle affaires geschik gelegen aan het Nieuivediep No. 33, te bevragen hij den Schoenmaker M. E. T A T. H. WUBBE ZONEN hebben de eer te berigtendat zij bij de reeds ontvangen» Modellen van HOEDEN ook in de loop dezer week die der Nieuwste MANTEAUX en MANTEL1LS zullen ontvangen. Bij den Boekhandelaar C. A. VIEWEG, te Nijmegenis- van de pers gekomen en algemeen verkrijgbaar gesteld VOORSTELLEN tot DOELMATIGE BEZUINIGINGEN IN IIET NEDERLANDSCHE LEGER, ENZ. door een' sedert 1814 in hetzelve dienend' jS O L, D A A T. Prijs 60 Cent. Bovengemelde debiteert met succes 1. OUD-NEDERLAND in de, uit vroegere dagenover- gebleven Burgen en Kasteelen geschetst en afge beeld door Mr. C. P. E. Robidé tan der Aa lste 17e Aflevering. Prijs van iedere Aflevering met 3 platen/„-9D De 18cle Aflevering is ter perse en volgt eerstdaags. II. HOROLOG1E- en UURWERKMAKERS HANDBOEK, met 16 uitslaande platen en vele tabellen, door J. I. SMIDTƒ5,00 III. HANDLEIDING tot het stellen van BLIKSEMAFLEI DERS door den Luitenant-Generaal Baron KRAYEN- HOFF-80 IF. GRONDBEGINSELEN der PRAKTISCHE GENEESKUN DE door Ziekte-Geschiedenissen opgehelderddoor Dr. J. R. BISCHOFFuit het Hoogduitsch vertaald door Dr. C. FAN ELDIK3 deelen 9-10 Hetzelfde werk onder afzonderlijke titels lo. Be Leer der Koortsen. 3-60 2o. Dc Leer der Ontstekingen van de Borst cn den Onderbuik. 3-00 3o. De Leer der Ontstekingen van het Hoofd en den Hals. 2-50 Uitgegeven bij C. BAKKER Bz. te NieuweDicp. Gedrukt hij G. G1LTJES te Helder.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1843 | | pagina 4