ten volgen vrat hij ten aanzien der toekomst toot zijne com munistische wereld voorspelt, en onze lezers mogen oordeelen, of zulk een profeet niet president van alle gekken op aarde verdient te worden. Wanneer een profeet bijval zal vinden, moet hij ook de fantasie van den gemeenen man bezig lioudeu. Mahomed ont- flamde zijne Arabieren door de beelden van gelukzaligheid welke zij na den dood in het paradijs zouden vinden. Fou- rier is daarmede niet te vrede. Hij verplaatst den lieinel op aarde. Wanneer het rijk van het commuuismiis gekomen is verandert de aarde zicli met behulp vay. Fourier in een waarachtig luilekkerland. Laat ons den wereldprofeet der 19 eeuw zeiven hooren De aarde heeft ongeveer 450 dagen tot voortbrenging van de drie natuurrijken op het oude raste land gebruikt. De vorming van Amerika beeft eerst later plaatst gehad en is naar eeu afwijkend plan uitgevoerd geworden. «Het is voor God een lust te scheppen en het ligt in zijn eigen belang, die lust gaande te houden. Indien de tijd dor ontvangenis ontwikkeling en geboorte van eenen measch ne gen maanden duurt, zoo moet God eenen daarmede in ver houding staanden tijd besteden, om de drie rijken te scheppen. De wetenschap schat dezen tijd op het honderd twee-en-negeu- tigste gedeelte van den duur der sociale orde wat voor den duur der eerste schepping approximatief genomen, 450 jaren geeft. »Dij iedere voortbrenging vereenigt zich een noordelijk^nf- dum (vochtstof) hetwelk mannelijk met een zuidelijk dat vrouwelijk is. Een planeet is een wezen dat twee zielen en twee geslachten heeften dat door middel van vcreeniging de twee scheppende stoffen voortbrengt. De Toortgang is in de gansche natuur op eenige verscheidenheid na dezelfde want de planeten vereenigen even als de planten de beide geslachten in een eenig wezen. In elk hemeliigchaain zijn de eerste eu de laatste schepping aan eene wet onderworpen welke aan die van de midden scheppingen is tegenovergesteld en bezitten eenen overvloed van schadelijke schepselen in vereeniging met een zeer klein getal van nuttige. Het tegendeel vindt bij alle in het midden liggende of harmonische scheppingen plaats; zij zijn in bet bezit van eenen overvloed van praehtTolle en nuttige schepse len nevens een gering getal een achtste van nuttelooze doch in 't geheel geene schadelijke. (Théorie des quatre Mou- vements p. 57,58. De aarde is door de drift tol voortbrengen in eene sterke beweging; men ontwaart dit uit het menigvuldig verschijnen van het noorderlicht dat een blijkbaar teeken van de opge wekt» leeldrift der planeet een nutteloos uitgictsel is van hel voortteelend vloeistof (qui sont un sijmplóme du rut do la planete une effusion inutile de lluide prolifique). Dit ffuidum (vloeistof) kan zijne vereeniging met het fluidum van de overige planeten niet bewerkstelligen zoolang de mensch- heid den daartoe noodigen voorbereidenden arbeid niet vol tooid heeft. Dezelve kan eerst van het achtste menschen ge zelschap dat op het punt staat van zich te vormen uitgevoerd worden. Het menschdom moet vooreerst het getal van twee duizend millioenen bereikt hebben; waartoe ten minste honderd jaren gevorderd worden dewijl de vrouwen in het rijk van het communismus veel minder vruchtbaar zijn dan bij de tegenwoordige orde der dingen waar het zamenleven in eene huishouding het verwekken van een ganscli legioen van kin deren ten gevolge heeft, van welke de ellende eeu derde weg- raapt terwijl een ander derde het slagtoffer van ziekte en kwalen wordt welke onze toestand den kinderen bezorgt. (Mei vervoly en slot in ons volgend Nol) DAT WAS EEN STEEN YAN" HET HART. Twee jonge vrolijke Hagenaars, beide schilders en zeer ver trouwde vrienden, vonden geen grooter vermaak dan in elkan der op allerlei vriendschappelijke manieren le plagau eu gelijk men zegt een vlieg af te vangen. Ferburg had de gewoonte na den maaltijd een middagslaapje te nemen uit hetwelk zijn getrouwe bediende Wouter last had, hein niet dan bij de uiterste noodzakelijkheid te wekken. B rinkm.au van zijnen kant had het zwak van ongemeen spaarzaam te zijn zonder dat zulks echter bij hem tot gierigheid oversloeg. Vriend! zeide eens B. tot F.ik ben gisteren nademiddag aan uw huis geweest om u te spreken; doch uw knecht wees mij af, eu weigerde mij bij u aan te melden: ik vond dat gaiisch niet aardig." «Waarom komt gij ook juist om dien tijd? gij wcetimmers, dat het mijn slaapuurtje is. Mijn Wouter kent mij en zorgt wel mij daar niet in le storen." «Welnu, ondanks de zorg van uwen Wouterzal ik u toch binnen kort uit uw middagslaapje doen wekken." «Dat kunt gij niet doen." «Wat wilt gij er op wedden?" «Een klein souper met nog een paar vrienden." Top dat blijft bepaald." Drie dagen daarna ging B. des morgens op reis naar Eerlij u. F. had na den maaltijd uaauwelijks een vierdedeel uurs ge slapen toen er lievig aan de deur wordt gescheld. Wouter opent dezelve: het is een postillon, die als kourier komt, en den bij zich hebbenden brief in eigeue handen moet overge ven. Wouter wil zich daartegen verzetten doch de postillon begeert volstrekt den heer zelf te spreken en ingevolge de wet een bewijs van de bezorging des briefs van hem te ont vangen. Wouter was dus nu wel genoodzaakt oin zijnen mees ter te wekken. Deze komt hoogst misnoegd te voorschijn, eu geeftgrommende en brommende den kourier het verlangde bewijs. Nadat deze vertrokken is, opent hij den brief, en leest eenvoudig het volgende «Ik berigt u hiermede, dat ik gelukkig op de eerste station aangekomen ben, en dat mijne weddingschap op ditoogenhlik waarschijnlijk wel gewonnen zal zijn." Wachtschalk dacht V. nadat hij met zijn plan van wedervergelding gereed was; «wacht, dat zal ik u betaald zetten; ik zal u in uw zwak aantasten." Brinkman bevond zich sedert tien dagen in Berlijn toen hij een brief ontving met liet postmerk 'sHage, vergezeld van een zwaar pakket, waarvoor hy een vrij hoog port moest be talen. Nieuwsgierig wat dat zwaar pakket toch wel mogt be vatten opent hij den zorgvuldig verzegelden briefen vindt er alleen deze woorden in «Toen ik uw laatste schrijven ontving, en uit hetzelve zag, dat gij gezond en weibehouden op de eorste station aangeko men waart viel een zware steen van mijn hart dien ik u Ier overtuiging hiernevens doe toekomen." De ondergeteekende H. WAIBOERCurator over WILLEM MARS voorheen Schipper in den Wieringer waardwaarschuwt in deze zijne betrekking nogmaals een ieder om in geen geval eenige betaling te doen negotiën te sluitennoch eenig crediet te verleenen aan of met gezegden WILLEM MARS; daar zulks niet zal worden aangenomen of voldaan. Wieringer waard 28 December 1843. Hk. WAIBOER. UitgegeTea bij G. BAKKER Bz. te lïicuwc&itp. Gedrukt bij G. GILTJES tc Htldtr

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1844 | | pagina 4