WEEKBLAD va» bi
HELDER rahet NIEUWE».
1844.
«yGEN het r
Mn
TWEEDE JAAR61KCI.
Dit Weekblad wordt eiken Maandag-morgen
aitgegeven bij C. BAKKER Bz.te Nieuwe Diep.
De prijs is 80 Cts. in de drie maanden en -voor
et» buitensteden franco per post 90 cents. Men
abonneert zich bij de Boekhandelaren en Postkan
toren zijner woonplaats.
ADVERTENTIES gelieve men ongezegeld a«n
den Uitgever in te zenden, uiterlijk Zaturdags de»
middags ten 12 ure de prijs van 1 tot 4 regel»
is GO centen voor eiken regel meer 15 centen
behalve 35 centen zegelregt voor elke plaatsing.
M A A IV D A €r
12 FËBRUARIJ.
PUBLICATIE.
De BURGEMEESTER dezer Gemeente maakt aan de
daarbij belanghebbende bekend dat de loting voor de Na
tionale Militie alhier op Donderdag den 29 Febr. 1844
des morgens ten 10 uren zal plaats hebben en dat de
Alphabetische lijst der Nationale Militieligting 1844,
van heden af, tot aan den dag der loting van des morgens
9 tot 12 ure aan het Secretarie voor de belanghebbenden
ter inzage ligt.
Helder 8 Februarij 1844.
De BURGEMEESTER voornoemd-,
J. ik 'tYELT.
BUEEÏÏDMAZIIT^.
De BURGEtMEESTER dezer Gemeente maakt bij deze
aan degenen welke nieuwe Woningen hebben doen bouwen
of oude Gebouwen hebben vernieuwd bekend dat thans
de gelegenheid bestaatom ten aanzien hunner Eigendommen
■vrijdom van grondlasten te bekomen mits daarvan aan
gifte doende aan het Secretarie der Gemeente voor den
20 dezer maand Februarij van des morgers 9 tot 12 uren.
Helder den 10 Februarij 1844.
De BURGEMEESTER voornoemd
J. ik 't V E L T.
BUITEN LANDS CHE BERIGTEN.
GRIEKENLAND.
Uit München meldt men van den 27 Januarij
Reeds in de Grieksche bladen die met den voorlaatsten
post aangekomen zijn lazen wij het een en ander omtrent
de wenschen die in Athene geopenbaard worden met betrek
king tot onzen prins Luitpoldals vermoedelijken troons-
opvolger van Griekenland. Naar de uitdrukkelijke bepalin
gen van het prolocol der Londensche conferentie konden
zelfs de heethoofdigsle Grieken het tot dusverre niet wagen
aan de verwijdering van het geslacht der JVittelhacEs van
den Griekschen troon te denken en geheel overeenkomstig
met die bepalingen van dc conferentie regelt dan ook het
aan de nationale vergadering voorgelegde ontwerp van staats
regeling de troons-opvolging. Dat ontwerp gaat zelfs nog
eenen stap verder hel spreekt ook van hetgeen geschieden
i moet wanneer geen lid van dat geslacht meer aanwezig zijn
zal en doet voorzien dat in zoodanig geval de keus der
Grieken wederom op een lid van eenig Europeesch vorstelijk
geslacht zal vallen vermits ten minste vau eene onder de
Grieken zeiven te doene keus met geen woord gewaagd wordt.
Daarentegen zoeken wij omtrent zekere andere punten, zoo
wel in het prolocol der conferentie als in het ontwerp der
staatsregeling te vergeefs naar nadere bepalingen en dat
daaromtrent door de nationale vergadering zelve beslist zal
O O
worden is hetgeen volgens de Grieksche dagbladen en de
hier ontvangen brieven de openbare meening te Athene en
in geheel Griekenland dringend vordert. Vooreerst wil men,
datvermits er geen uilzigt op regtstreeksche nakomelingen
van Otto schijnt te bestaan, prins Luitpold, als vermoede
lijk troons-opvolgerthans reeds zijn verblijf in Griekenland
vestige ten einde met de taalde zeden en de wenschen
der natie in tijds bekend te worden. Voorts verlangt men
dat die prins nu reeds van de kalholyke Godsdienst tot da
Grieksch-orthodoxe kerk zal overgaan om zich zoo dosnda
met de bevolking van Griekenland in hare dierbaarste be
langen te vereenzelvigen. Hoe men deze tijdingen hier op
genomen heeft, behoeft naauwclijks gezegd te worden. Daar
gelaten het min kiesche van het denkbeeld om aan onzen
nog zoo jongen koning die in volle kracht des levens is en
eene sterke gezondheid genietnu reeds eenen erfgenaam
der kroon te willen toevoegen al is het dan ook zijn eigen
broeder ligt er in de gevergde verandering van geloofsbe
lijdenis ietshetwelk niet kan nalaten een ongunsligen in
druk te maken. De zin der bepalingen van het prolocol
der conferentie zal toch wel geen andere geweest zijn, dan
dat de kinderen en kindskinderen van koning Otto tot de
Analolische kerk zouden moeten behooren en men mag §r-~
aan twijfelen of de nieuw ontworpen staatsregeling die voor
waarde zal kunnen uitstrekken tot den erfgenaam derVaoon,
j ingeval deze een broeder des konitfS mijnwezen. Wat
AS i*U ï-piÜ