klaagt dat hij zyne dame niet tot de waggons der spoor trein mag geleiden. De kunstschilder Koekoek heeft de Adelaars orde gekregen. Uit Duilschland wordt gemeld dat zeven achtste van do uit Holland gevoerde suiker weder in- gesmokkeld wordt. jü js j® i3 ij 1)10 HEF.ltSCHAl'PI J" DER XE.) i ff E.\ IN HUIS. Voorheen hadden de hevoorregte standen hunne uitsluitende ziekten; doch thans sedert het ge heel e menschdoin zoo vele vor deringen in de gelijkheid heeft gemaakt, zijn ook die ziekten lot hel algemeen overgeslagen. Voorheen kende men in de bur gerkringen behalve de besmettelijke ziekten, die groole ver woestingen te weeg bragteu slechts ongesteldheden van ecu' eenvoudigen aard. Eene slechte maag, verkoudheid, hoofdpijn, enz., en op zijn hoogst anderdaagsche of dei dendaagsche koprls: zie daar alles wat men in burger huisgezinnen aantrof. Voor vele dezer ongesteldheden had men dan ook dadelijk hulp bij de hand zonder dat men er eene bijzondeie huis-apotheek op behoefde na Ie houden. Werd de toestand gevaarlijker, men liet den doctor komen, wel wetende, dat buitengewone omstan digheden buitengewone hulpmiddelen vercischeu ook nam men, bij bijzondere voorvallen, wel eens toevlngt lot een schrikpoc- der. Thans is het geheel anders. Eene goede zorgelijke huis moeder weet het thans zoo in te riglendat zij, op haar'stoel zittende slechts even behoeft o/n Ie tasten om een of ander Spiritus bij de hand te hebben. In plaats van het loclderein {Eau de la Reineeen doosje, hetwelk zijne bewaarplaats in de deftige tasch vond en wanneer turf- of waterdamp eenige dofheid veroorzaakte, van hand tot hand ging, om eene alge- mceue verfrisschiug in de hersenen aan Ie brengen zwerven nu de kristallen flacons op werk- eu theetafelsja niet zelden in de keukens en daar jichtpodegra en zenuwen voorheen slechts in de eerste huizen geadopteerd werden, wordt er thans tot in de geringste klasse toe over gejammerd. Rulimatisme is thans een der geringste kwalen, en geen Hercules zoude zich thans schamen over de zenuwen te klagen; eu wat voorheen aan verschillende oorzaken (zelfs aan den duivel) werd gewe ten wordt nu op rekening van de zenuwen gesteld. Gelukkig nog, dat de algemeen» neërslagtigheidwelko hier natuurlijk uit zoude moeten ontstaan, door hulpmiddelen reeds in de geboorte weggenomen wo/dt, zoo vindt men b. v.lijders, die hun beefstaeks peuzelen, cn er hun iieschje bij ledigen; dood-kranke huismoeders, te zwak 0111 kamer of keuken-bestuur vol te houden, die zich door dagclijkschc wandelingen verster ken en in vrolijke bezoeken en wede/bezoeken, verkwikking en opbeuring vinden. Kost dit ook een gedeelte vau de nacht rust de weldadige Spiritus wekt de bedwelmde krachten weder op, en zoo wordt het lijden dragelijk. O weldadige geneeskunst, die de kwalen naar de hulpmiddelen en de hulp middelen naar de kwalen weet te regelen Gelukkig ondertusschen dat do ziekte niet besmettelijk is, zal men zeggen. Besmetting is zeker een te onzindelijk woord hij zulke delicate ongesteldheden maar mededeelende in vloed uitoefenende zich uitbreiden. O kon ik uitdrukken wat ik hierbij gevoel! De ongesteldheden uit hoogerc klingen tot de middelklasse afgedaald hebben ook iels edelsiets waaraan men geen' naam kan geven; iets, hetwelk zich alleen door een dichterlijk gevoel laat beseffen; zoo hoorde ik onlangs eene teederc huismoeder vau haar lievelingsdochterlje spre kende zeggenO hel is een allerliefst zenuwachtig schepseltje.» Geene beschrijving hoe naauwkeurig dan ook zou in staal geweest zijn, dit verfijnde, zachte, aandoenlijke wezen zoo levendig voor oogen Ie stellen als deze weinige liefderijke woorden. De ziekte zelve brengt eene verfijning mede, zonder welke noch voorstelling noch besef mogelijk zoude zijn en daar men anders de besmetting der kwalen met afschrik zoude trachten tc ontwijken viudl men bij deze een zeker gcnoegc- lijk verlangen 0111 er eenig deel in te nemen; het is een zachte overgang van den een tot den ander en daar de verfijning hier het meeste toebrengt, is het natuurlijk, dat de voortgang, bij iederen slap, versneld, en de overneming van de ongesteld heid gemakkelijk gemaakt wordt en tioe zorgvuldig men ook andcie kwalen tracht te verbergen of te ontveinzen over de zenuwen spreekt men met eene geheime zelfvoldoening; men. gevoelt een innerlijke voortreffelijkheid, wanneer men liet overvvigt der zenuwen ontwaart men verkrijgt eene oulegeu- zeggelijke aanspraak op de toegeefelij klieid van allen, die ou* omringen, en hieruit vloeit eene zekere magt voort, om onzen wil en onze neigingen te doen eerbiedigen; zoodat in een ver fijnd huisgezin de zwakste van zenuwen eigenlijk de hoogste magt n i toe tent. Heerschte er nu eenige vatbaarheid voor over neming, dan werd de magt langzamerhand verdeeld lot dezelve eindelijk geheel twijfelachtig zou worden. «Breng mij geene zenuwen in huis hoorde ik onlangs eene echte huisvoogdes van eene stevige gestalte eu van den ouden stempeltegen hare dochter zeggen, die wanhopig over de moederlijke weigering vau ceu kinderlijk verzoek, zich met meer dan gewone bewe ging in' ceu armstoel wierp: «Breng mij geen' zenuwen in ïiuis, of ik zal tooneu dal ik er nog ben.» De goede vrouw begreep maar al te wel dat indien de zenuwen veld wonnen, de voogdij welke zij nu sedert meer dan dertig jaren over man eu kinderen had uitgeoefend eene merkelijke verzwak king zoude ondergaan. Zoo heelt alles zijne beurt: voorheen gol.l de kracht der spieren en nu de magt der zenuwen. Wei beschouwd is dit ook in volkomen overeenkomst met onze tegenwoordige beschaving en veredeling welke toch in geen opzigt geloochend kunnen worden eu waaruit voortspruit, dat de zenuwen als een fijner gedeelte op het ruwere ge deelte de overhand hebben, hetgeen, in eeuen tijd van verfijn de beschaving met alle billijkheid kan verwacht worden. .Me' allen grond zoude inen kunnen vastslellen dat de ze nuwen eigenlijk den wil vau den niensch uitmaken, en dat hij door de zenuwen tevens de magt verwerft, dien wit ten uitvoer le brengen. Zonder de heerschappij der zenuwen zijn wij wer- kelooze vlecsciiklompeii verre beneden de beschaving van on zen lijd gezonken. Wie heelt zonder zenuwen eenige aanspraak op onderscheiding en wie gevoelt er de uitwerking niet van? llc zelt, die jaren geleefd heb, zonder aan zenuwen te den ken, moet nu inderdaad gelooven dat de zenuwen mij de pen heb ben leeren opvatten. Hoe weldadig en vertroostend zijn zij van eenen anderen kant beschouwd! Wat al verkeerdheden, wat al misslagen cn achteloosheden kunnen niet op rekening van de zenuwen gesteld worden, en wie kan er iels legen in brengen ieder gevoelt toch hare magt en daar zij zoo wel eene morele als physieke uitwerking hebben is het immers te voorzien, dat, bij eene nog hoogere verfijning, alle misslagen, allo zinnelijke overtredingen in vergetelheid zullen geraken; men zal er geene namen voor behouden men zal slechts uit werkingen der zenuwen kennen, en de aandoenlijkheid der ze nuwen zal zelfs den slrengslen regter beletten vonnis daar over te Tellen. Ik weel wel, dat er nog onhandelbare menscheii gevonden worden, die de laauwe dranken, als eene oorzaak der verslap ping (wij nieeuitig verfijning) der zenuwen afkeuren; eu wat neelt men niet al door het Map net ismus te weeg trachten te brengen.... ij dele pogingen! En waarom zouden wij ons tegen eene verfijning verzetten, die ons zooveel voortreffelijker maakt dan onze voorvaderen die ook zenuwen als ankertrouwen hadden. Deze onnoozole menschen wisten ook vau niets dan van geld te winnen van schepen te laden of te lossen van naar Oost- of Mest-Indien le varen deden hun raiddag op het uur waarop thans een man van smaak zijne oogeu uit wrijft zaten bij hunne ongemanierde turfvuren in eene da masten japon gewikkeld, de krant te lezen op den tijd, waarin wij ons kleeden om partijen bij te wonen gingen te bed wanneer wij door een glaasje 1'etit Bourgogne of Chateau Margot den levenslust willen aanwakkeren: en wij zouden eenen terugkeer verlangen om achter kruisramen de winsten van jaren te betekenen en den loomen gang van de fortuin bij te houden daar nu stoute speculaticn ons in éénen beurs- tijd uit alle zorgen kunnen redden! Meen, de eeuw der ze nuwen is ecue gelukkige eeuw waarvoor wij de gouden niet

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1844 | | pagina 3