ze strikken te spannen. Zoo bleef er gecne schemering van
hoop op vrijheid. Onschuld kwam hier niet te pas. Willekeur
alleen kon de keten slaken, die ze aangelegen had. Werd er
iemand ontslagen dan moest hij te voren onder eede beloven
niets te openbaren van alles wat hij had uitgestaan. Maakte
de dood een einde aan zijn lijden dan werd zijn lijk des
nachts op het kerkhof van St. Paul onder den haam van
ecueu bediende ter aarde besteld. Slechts zelden ontvingen
zijne naaslbestaande bcrigt van zijnen dood.
Het getal der gevangenen nam onder de despolieke heer
schappij van tien grooten Lodeivijk zoo vreesselijk toe, dat
men nieuwe kerkers moest aanbouwen. Onder het ministerie
van Colbert in het jaar 1686 bevonden er zich niet minder
dan 147 gevangenen in dit kasteel der tirannij. Onder de re
gering van Lodcwijk XV wisselde liet getal steeds af altoos
tussclicn de 50 en 60. Toen de man op den troon kwam, die
bestemd scheen, om voor de misdaad zijner vaderen te boelen,
werden de schrikpoortea der Eastille alleen voor het misdrijf
geopend. Het despotisinns verbrijzelde zich tegen de volksont
wikkeling deszelfs schaduw verdween in bloed de Haslille
liad uitgediend.
Onder de eerste verrigtingen van Lodewijk den ongelukkige
behoorde dat hij zich mei den staat van het personeel der
Mastille-gevangencn bekend maakte het gevolg daarvan dal
vele luiune vrijheid verkregen en onder dezen zeker iemand
die 47 jaren lang in eencn donkeren kerker had gekwijnd.
De levend begravene zag verwonderd op toen hij op een
ongewoon uur de deur zijner gevangenis op hare hengsels
hoorde knarsen hij verstomde toen hij iemand anders als
zijnen stokbewaarder zag binnen treden. Dit was de bode der
vrijheid, die hem aankondigde, dat liij ontslagen was en heen
kon gaan. Twee, ja tot driemaal toe moeit men hem dit her
halen, eer hij liet verstond, de man kon niet meer begrijpen,
wat hel zeggen wil: vrij te zijn en heen te gaan.
Tuimelend schreed hij over den drempel van zijnen kerker,
hij bereikte de enge sombre plaats maar deszelfs ruimte
kwam hem onmetelijk voor en hij werd er duizelig van. Het
daglicht deed hem zeer, zoo waren zijne oogeit aan het licht
ontwend. Men vroeg hem naar zijne woning, en wilde heui
in een rijtuig derwaarts brengen; maar hij kou de beweging
van liet rijden niet uitstaan en men was vcrpligl hem te voet
te geleiden. Aangekomen op de aangewezen plaats vond hij
het huis, dat hij voor ecu halve eeuw bewoond had, niet
meer; een openbiiar gebouw stond op deszelfs plaats: het gan-
sche stadskwartier was veranderd. Hij vroeg naar oude be
kenden vrienden en buren, niemand kende hunne namen;
hij noemde liet rampzalig oord van waar hij was gekomen
en aanstonds omringde hem een talrijke drom die hem nieuws
gierig aangaapte. Midden onder de mensehen gevoelde zich
thans de ongelukkige eenzamer dan in zijn kerkerhol. Hij
zag zijne herinnering weg sterven; en na lange jaren weende
hij wederom de eerste tranen. Eindelijk kwam men een zijner
voormalige bedienden thans een bovenden grijsaard op het
spoor, en bragt dezen tot hem. De knecht kende zijn gewezen
heer niet meer, doch vertelde hem met de koelbloedigheid,
waarmee men over lang gebeurde dingen spreekt dat zijne
gade tooi- meer dan 30 jaren gestorven was dat zijne zonen
zich naar de koloniën verwijderd hadden, en alle zijne goede
vrienden reeds lang in het graf rusteden. Binnen tien minu
ten vernam hij alzoo nariglen van welke ieder op zich zelve
het hart doet bloeden; op eenmaal ontving liij alle die wonden
te gelijk die anders van lijd tot tijd de eene na de andere
geslagen, ook onder den verzachtenden balsem des tijds weder
geheeld worden.
Troosteloos ging de verlatene de wandelende grafpaal van
zijn geslacht, naar den minister, die het bevel tot zijn ontslag
gegeven had. Doe mij zoo smeekte bij weder terugvoeren
ïiaar mijne gevangenis in welke ik minder eenzaam ben dan
in hol gewoel eener wereld in welke ik een vreemdeling beu
geworden." De minister was diep geroerd. Hij zorgde dat
de verlatene grijsaard ecu voegzaam, verblijf wierd aangewezen:
en dat zijn oude dienaar hem vergezelde met wien hij over
de dagen die lang vervlogen maar voor licm nog een gister
waren spreken kon.
Kort daarna eindigde de man zijn leven welks genot boos
aardige willekeur hem een halve eeuw ontstolen had.
Herinneringen van «lezen aard wortelden diep bij het Fran-
scbe volk en plantten zich voort van geslachte tot geslachte.
Is het wonder, dat bij het uitbreken der revolutie, dio liel-
schc dwaugburg hel eerst de slagen der ontwaakte vrijheid
voelde dat het volk zijn slavenketen legen hare muren ver
brijzelde. De 14 Ju 1 ij van den jare 1789 zag men de Bastille
in puinen vallen. Uit de grendels van de hoofdpoort wer«l
een degen vervaardigd. Dezelve -werd aan den toenmaligen
afgod des volks La Faijetle aangeboden. De bescherming
der vrijheid uit de slavernij gesmeeil.
De keurvorst IVilligis, was de eerste bisichop van Mentz,
die keurvorst geweest is; hij was een rademakers soou en
liet in zijne slaapkamer met groote letters schrijven IVilligis,
JVilligis gedenk wie dat uw vader was; hij voerde ook een
rad in zijn wapen hetwelk de bisschoppen van Mentz nog
voeren.
T.
b v s v t e n i c n.
V* Getrouwd
Nieuwediep18 April 1844.
A. C. A. SENDERMAN,
Weduwnaar van A. E. Simons en
Y. SPIGT,
Weduwe van C. Hoogenbosch.
llijne Echtgenoot, A. SLOTHOUJVERverloste
heden voorspoedig van eene DOCHTER.
NieuwediepP. A,
den 17 April 1844.
B E E T S.
Dc Hoofdonderwijzer J. van der HAAR ver
wittigt zijne Plaalsgenoolendat hij door eene
wijziging in zijne Avondschoolmet primo Mei aan
staande in de gelegenheid zal zijnop genoemde
School onderwijs te geven in al de vakken van het
lager Onderwijs, alsmede in de Algebra en Meetkun
de. Die hiervan gebruik wenschen te maken wor
den verzocht zich vóór dien tijd bij genoemden Hoofd
onderwijzer aan te geven.
B. H. WUBBE ZONENhebben ontvangen nieuwe
Modellen van Dames HOEDENMUTSENenz.en ver
schillende soorten van MANS1LLES MANTILLETS.
Op Woensdag den 24sten April e. k. zal ten overstaan
van den Notaris L. KIKKERTaan den Burg op
Texeldes morgens ten 11 ure, publiek worden Verkocht,
10 KA LEK O EI JEN.
4 VARE K O EI J E N.
3 OSSEN.
30 Stuks VARKENS.
Beluiingen op 1 November IS44.
Uitgegeven bij C. iJAKKEK I»z. te JYiciaccDiiji»
Gedrukt bij G. GILTjES te Helder,