PUBLICATIE. Bc RAAD der Gemeente HE LD ER: REGLEMENT ©p liet schoon ea zuiver houden der straten, tevens houdende algemeene maatregelen en verordeningen van Politie, tot wering van ongeregeldheden en tot be vordering der goede orde binnen de Gemeente HELDER. Art. 1. Bijvoegsel behoorende bij het, Weekblad van den Helder en het JNiedwediep van Maandag den 30 September d844JVo. 40. In overweging genomen hebbende, dat door de uitbreiding en bebouwing der Gemeente, de bestaande Plaatselijke KeurenReglementen en Politieverordeningen, welke tot dus verre van kracht zijnen speciaal die welke gearresteerd zijn, den 29 Junij 1818 en den 19 December 1824derzelver doelmatigheid hebben verloren en dat de ondervinding leertdat daarin niet konden worden opgenomenzoodanige bepalin gen, die bij den tegenwoordigen staat der Ge meente allernoodzakelijkst en wenschelijk te achten zijn. In aanmerking nemende, dat ten gevolge daar van vele verwarringen ontstaanwelke leiden tot ongerijf voor de Burgerij en tot ongelijkvor migheid in de naleving van de alsnog bestaande verordeningen. En willendeom daarin te voorzien en om allen twijfel omtrent de bestaande bepalingen weg te nemenzoodanige verordeningen vast stellen, als overeenkomstig zijn met de tegen woordige behoeften der Gemeente. Heeft goedgevonden Met vervallen verklaring der beide opgenoem de Plaatselijke keuren van 29 Junij 1818 en 19 December 1824, vasttestellen het navolgende EERSTE HOOFDSTUK. Van het Zuiver houden der Straten en Wegen. Ieder Ingezeten, bewoner van eenig huis binnen deze Gemeenteis verpligt te zorgen dat de straat voor en langs hetzelve strekkende, worde rein en zuiver gehoudenen dat bij de wekelijksche schouwing, welke gehouden wordt des Zaturdagdes Zomers in den avond ten zes uren en des Winters ten vier uren, dezelve van alle vuilnis en onreinigheden is gezuiverd. Art. 2. Men zal verpligt zijn om met dat aanvegen en zuiveren te beginnenvan af het bovenste gedeelte van het blok, 'twelk bewoond wordt, om daardoor aan de andere volgende Ingezete nen gelegenheid te gevenopvolgender wijze hunne straat schoon te makenin dier voege dat het water en vuilnis niet ten tweeden male, door de aan het lager einde van het blok wo nende Ingezetenenzoude behooren te worden weggeruimd. A r t. 3. Alle vuilnis en onreinheid zal voor zoo veel betreft de straten, welke aan wederzijden zijn bebouwd, ten halverwege worden gebragt, op het midden van den algemeenen weg, welke algemeene weg alzoo door ieder bewonerter strekking van zijne woning, mede moet worden geveegd en schoongehouden. Voor zoo veel aangaat zoodanige strateu, die aan de overzijde niet zijn bebouwdzoo als de Boven- en Benedendijkde Kanaalweg en de straten loopende langs het Maritime Etablisse ment Willemsoord, en de weg langs den Koop vaarders-binnenhaven zal men gehouden zijn den geheelen weg tot aan de schoeijiug of berm ten aan te vegen en zuiver te houden. ART. 4. Om de drie maandenzal door Wijkmeeste- ren geregeld eene schouwing worden gehouden over het in de straten gewassen gras en on kruid hetwelk alsdan zal behooren te zijn uit gewied van welke schouwing ten gepasten tijde aan de Ingezetenen bij bekkenslag zal worden kennis gegeven.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1844 | | pagina 5