WEEKBLAD van den
HELDER en det MEUWEDIEP.
1GEN HET
SURINAME.
TWEEDE JAARGANG.
_N°. 48._
Dit Weekblad wordt eiken Maandag-morgen
uitgegeven bij C. BAKKER Bz.te Nieuwe Diep.
De prijs is 80 Cts. in de drie maanden en voor
de buitensteden franco per post 90 cents. Men
abonneert zich bij de Boekhandelaren en Postkan
toren zijner woonplaats.
MAANDAG
ADYERTENTIEN gelieve men ongezegeld aan
den UitgeTer in te zenden, uiterlijk Zaturdags des
middags ten 12 ure de prijs van 1 tot 4 regels
is 60 centen voor eiken regel meer 15 centen
behalve 35 centen zegelregt voor elke plaatsing.
25 NOVEMBER.
De Koninklijke besluiten van 6 November jl. waarbij de
honorifieke leden van den kolonialen Raad en drie leden van
liet Geregtshof der kolonie Suriname werden ontslagen en eenen
nieuwen Raad uitsluitend uit Ambtenaren za men ges leid werd
opgerigt grondde zien daarop, dat gemelde heeieu, allen gc-
jnagtigden van aanzienlijke üollaudsclie huizen en geïnteres
seerden in Suriname ot' wel zelve eigenaren in een besluit
van den Gouverneur Generaal eene verdei t'elij ke strek kiug voor
de koloniale iinuntieu hadden ineenen te bespeuren en zich
verpligt gevonden in een door alieu onderteekend stuk
deze vrees en consideratie deswegens aan te duiden welk
stuk vervolgeus aan hunne respeclive committenten werd ver-
zoiideu ten einde hen in dit, voor Stiriuaainsche belanghebben
den zoo hoogst gewiglig vraagstuk voor te lichten. Men lette
wel op, dat dit stuk dus niet. openbaar werd gemaakt. Nu ech
ter is de tijd geboren van dit stuk aan de natie Ie leeren
kennen ten einde men de gronden beoordeele, welke het Ko
ninklijk misnoegen hebben opgewekt. Voor meerdere bijzon
derheden wegens de koloniale kwestie, verwijzen wij naar het
Handelsblad van den 19 en 23 dezer artikel Suriname.
ER OCES-VERBAAI van het
verhandelde op eene Comparitie van Eige
naren en Administrateuren van Planta-
gien qehovden op MAANDAG den 1
JULlj 1844.
De ondergeteekenden allen Eigenaren en Administrateuren
van Planlagieu gezien hebbende de Publicatie van den Gou
verneur Generaal der West-Indische Rezittingen van den 19
Junij dezes jaars houdende intrekking der strafbepalingen
tegen pogingen tot depreciatie van het circulerend medium
hebben bet noodzakelijk geacht eene bijeenkomst te houden
ten einde niet gemeenschappelijk overleg in het algemeen be
lang te overwegen wal onder de thans bestaande omstandig
heden behoort te worden gedaan.
Ieder Kolonist die de ondervinding van vorige jaren voor
zich heeft toen het in omloop zijnde kaarlcngeld reeds een
maal tegen de enorme agio van 210 pCt. tot Ncderlandsch geld
is herleid en die de gevoelige schade kent welke daardoor
aan de Kolonie is loegebragl, zal volkomen overtuigd zijndal
niets onbeproefd behoort 1e woiden gelaten om alle depreciatie
vart het thans circulerend Bankpapier, dat voor ongeveerac/rï-
tien jaren tegen effectieve Neder landsche waarde is uitgegeven,
tegen te gaan, alzoo eene hernieuwde vermindering dier gelds
waarde voor de Ingezetenen dezer Volkplanting in het alge
meen en voor de Plantagieu in het bijzonder de grootste na
deden moet na zich slepen: immers dit was de aanleiding van.
den vorigen gcachten Gouverneur Generaal J. C. RIJK tot hel:
uitvaardigen der Publicatie van den 16 üctobcr 1841 (G. E.
No. IOj daar die Staatsman de zekere gevolgen der agio voor
zag en daardoor zoo als in den aanhef dier Publicatie wordt
gezegd Krachtdadige middelen noodig achtte tol beteugeling
van haudelingon welke voor deze geheete maatschappij nadee-
lig zouden zijn hel openbaar crediet schokken, ja velen met
eenen totalen ondergang bedreigen."
Het staat echter niet aan Aduiinislrateureu om deswegens
afdoende maatregelen te nemen alzoo zij in hunne onder
scheidene betrekkingen afhankelijk zijn van de voorschriften
en bevelen hunner principalen. Zij achten het desniettegen
staande voor hen als eenen gewigligeii pligt om hunne lastge
vers opmerkzaam te maken op alles wat voor dezeiveu voor-
of nadeelig kan zijn, en dien teil gevolge is door hen, met
medewerking van de ondergeteekende Eigenaren goedgevon
den oui door deze van de aigemeeue opinie betrekkelijk de
onderw erpelijke aangelegenheid te doen blijken, waarbij ge
zamenlijke teekenaars zich hebben voorgesteld
1. Om aan te tooi.en de vermoedelijke gevolgen welke de
opheffing der strafbepalingen tegen het deprecieren van het
circulerend medium van den kant van het Gouvernement zal
kunnen hebben en
2. Welke middelen er kunnen worden in het werk gesteld,
om deze depreciatie tegen te gaan.
Vooraf moet echter worden aangemerkt, dat, hoezeer door
geene solide Eigenaar of Administrateur lot hiertoe eenigeagio
i is genomen op door heil algegeveue Wissels, hel nogthansniet
j ontkend kan worden dat door enkele individuen van de ge-
legenlieid is geprofiteerd om eenige percenten agio op hunne
i Wissels te nemen. Wanneer men daaromtrent eenter naauw-
j keurig onderzoek doet, zal al dadelijk blijken, dat dergelijke
Wissels meestal zijn afgegeven door menschen die bijna de
zekciheid hadden dat hunne trailtcs met protest van non-
belaling naar herwaarts zouden terugkceren en om zich der
halve reeds vooraf zooveel mogelijk te securcrcn tegen het te
wachtene rembours met 25 pCt. herwissel is door hen eene
agio bedongen en genoten, welke zij evenwel nader weder met.
niet. meerdere schade liehhen moeten teruggeven. Zoodanige
speculanten kunnen echter bij de behandeling van solido en
zuivere zaken niet in aanmerking komen, en derhalve zal
daarop thans niei worden gereiieclecid.
De ondergeteekenden zich alzoo voorge.st.eld hebbende om in
ide eeiste plaats aan te tonnen de vermoèdelijko gevolgen,
li welke de opheffing der strafbepalingen tegen\hct deprecieren