die onmiddelijk de depreciatie van het koloniale medium ten gevolge
heeft en wanneer zoodanige depreciatie eens ontstaan is is het onmo
gelijk om dezelve naderhand wanneer men er het nadeel hij ondervin
ding van leert kennen te beletten en te doen ophouden zonder groote
opofferingenzoo als de Kolonisten zich reeds eens hebben moeten
laten welgevallen.
Zoodra het Gouvernement de belastingen verhoogtrijzen in diezelfde
mate de prijzen van alle levensbehoeften en andere henoodigdheden.
Nenschen die een bepaald inkomen hebben kunnen daarvan niet langer
bestaan en hun inkomen moet derhalve billijkerwijze mede verhoogd
worden. Dit drukt voornamelijk op de PlanUadjien die hunne directeu
ren blankofficieren en verdere bedienden een verhoogd salaris moeten
toestaan, terwijl het arbeidsloon van bazen, de alhier ingekocht wordende
goederen etc. evenzeer in prijs toenemen. Zoodanige Plantagien welke
voor al deze uitgaven per Wissels kunnen disponeren en dus eene
geëvenredigde agio trekken hebben hierdoor wel minder nadeel te lij
den doch behalen er evenwel hoegenaamd geen voordeel doorwant
datgeen waarvoor thans a pari wordt getrekken wordt insgelijks a pari
weder betaald, zoodat ontvangsten en uitgaven met of zonder agio, altijd
in dezelfde verhonding tot elkander blijven staan.
Zoodanige effecten echter die de ressourse van Wisseltrekken missen
(en derzelver getal is thans aanmerkelijk) worden bij het ontstaan eener
agio geheel ter nedergedrukten zullen bij eene verhooging der onver
mijdelijke uilgeven onmogelijk kunnen blijven bestaan zoodat derzel
ver vooruitzigt onder die omstandigheden niet anders is dan vervolging
en executieven verkoop.
Kleine kapitalisten de burgerstandde mindere klassen en alle an
deren die in geen geval van het ontstaan der agio eenig voordeel kun
nen hebben moeten daarvan integendeel de onvermijdelijke slagtoffers
worden daar zij van een beperkt inkomen onmogelijk de toenemende
lasten en verhoogde prijzen hunner behoeften kunnen bestrijden. Yoor
de zoodanigen is derhalve wanneer het geld gedeprecieerd wordt geen
ander vooruitzigt over dan spoedige achteruitgang en armoede waarvan
het onafscheidelijk gevolg is dat zij langzamerhand buiten staat geraken
0111 hunne belastingen te voldoen waardoor de Koloniale Schatkist aan
belangrijke vermindering van opbrengsten wordt blootgesteld.
Inmiddels moeten die belastingen en opbrengsten, zoo lang de Kolonie
bestaat gevonden worden.Wie door armoede en achteruitgang buiten
staat geraakt om daaraan te voldoen veroorzaakt een te kort in de in
komsten van het Gouvernement en om hierin te voorzien moet dat te
kort door de anderen, die nog in staat zijn te betalen, gedragen worden,
en wie anders heeft het vooruitzigt om daardoor meer en meer gedrukt
en bezwaard te worden dan de landbouw waarvan de gansehe Kolo
nie bestaat.De aanzienlijke en groote Plantagien, die het 't langst
kunnen volhouden zullen alsdan met opbrengsten die nu reeds druk
kend zijn overladen wordan en alle voordeelen voor Eigenaren en
Belanghebbenden daardoor geheel worden geabsorbeerd.Het algemeen
belang vordert dus dringend dat elke stand in de maatschappij dezer
Kolonie, zoo veel mogelijk in zijne positie gehandhaafd worde, teneinde
te kunnen blijven bijdragen in de algemecne lasten die bij eene de
preciatie van het geld onmisbaar slechts door enkelden zullen moeten
worden gedragen.
Haar het inzien der ondergeteekenden moet derhalve het ontstaan eener
agio onvermijdelijk de ruïne dezer Kolonie bespoedigen en is derhalve
wenschelijk dat ieder die daarbij belang heefthet zijne zooveel in
zijn vermogen is, zal toebrengen, om die agio tegen te gaan, hetgeen
in de eerste plaats hoofdzakelijk afhangt van de dispositien van geïnte
resseerden in Europa, illogten er echter belanghebbenden zijn welke
vermeenen dat er toch onder de thans bestaande omstandigbnden eenig
voordeel van hunne Wissels behoort te worden getrokken alsdan zoude
dit daarin kunnen bestaan om dezelven op langere termijnen te trekken
dan tot hiertoe gebruikelijk was.
2. Wanneer het trekken op langere termijnen niet voordeelig genoeg
mogt worden gevonden en eenige geïnteresseerden begrijpen nrogten
dat zij zonder gevaar van de agio kunnen profiteren alsdan zoude dit
knnnen geschieden niet direct maar indirect door den verkoop van
producten alhier, ter bestrijding der inlandsche te doene uitgaven.
Geeft de koopman of hij die remitteertalsdan meer voor producten dan
dezelve waard zijn zoo is dit eene handelzaak die op meer plaatsen be
staat en waarbij nog altijd de kans op eene voordeelige remise bij het
rijzen der Europesche marktoverblijft.
Het alhier verkoopen van producten is ongetwijfeld een onfeilbaar mid
del om het ontstaan van agio krachtdadig te keer te gaan dewijl er
wanneer dit algemeen gedaan wordtovervloedig genoeg aan de markt
wordt gebragt om ruimschoots in de bestaande behoefte van remise te
voorzien en zoodra dit het geval is, volgt daaruit van zelf, dat de prij
zen der producten niet meer, buiten aHe evenredigheid tot de bestaande
marktzullen worden opgevoerd hetgeen enorme verliezen moet ver
oorzaken waardoor zoowel de koopman als de kolonistdie zich hier
alles moet aanschaffen wordt achteruit gebragt.
Er zijn wel is waar onderscheidene effecten welke ten gevolge hun
ner engagementen verpligt zijn om alle hunne producten naar Europa
te remitteren en omtrent de zoodanigen zouden er dus uit den aard
hunner verbindtentssen gegronde zwarigheden bestaan om hier een
gedeelte dier producten aan de markt te brengen.Belanghebbenden
in Europa zouden echter waarschijnlijk geene bedenking makenom
daartoe te concurreren wanneer aan hen van den verkoop alhier die
zelfde voordeelen van commissie etc. werden toegekend welke zij thans
daarvan bij den verkoop in Europa genieten overeenkomstig de des
wegens bestaande bepalingen.Sommige geldschieters hebbben reeds
voor lang het voordeel ingezien van den verkoop van een gedeelte der
aan hen verbondene producten binnen de Kolonie en daartoe bereids
voor eenen geruimen tijd autorisatie verleend terwijl het overige ge
deelte volgens hunne conventien aan hen wordt overgemaakt.
De ondergeteekenden vermeenen hiermede genoegzaam den staat van
zaken van het tegenwoordige en het toekomende te hebben uit een gezet
voor ieder die het met de Kolonie wel meent en aan derzelverreeds
zoo zeer verminderde welvaartnog eenig belang hecht.Zij hopen
alzoo dat het ter nedergestelde door alle geïnteresseerden in Europa met
belangstelling en aandacht zal worden overwogen en dat hierdoor hunne
pogingen om de verderfelijke depreciatie van het Koloniaal geld tegen te
gaan met den gewenschten uitslag mogen worden bekroond.
Zij verklaren wijders het vorenstaande te zijn hun eenparig gevoelen
ten blijke waarvan is opgemaakt dit Proces-Verbaalalhier aan
PARAMARIBO den 10 JULIJ 1844.
(Was geteekend)
JAN do JAGER Ez. J. ZAAL.
J.
F. ROUX.
J.
C. de CORDUA FREUDENBERG
J.
FROHIN.
H.
A. TIRION.
p.
KUVEL.
A.
KENNEDIJ.
F.
P. PINARD.
H.
J. BLANGKE.
N.
J. C. BAARS.
H.
A. BÏÏIIK.
II.
E. BÜHK.
D.
DAN JON.
A.
A. GEHRELS.
M.
D. HUIDEKOPER.
H.
T. de JONGE.
C.
J. LEIJSNER.
P.
S. LEIJSNER.
A.
W. OPPENHEIMER.
F,
L. PICHOT.
G.
L. RöPERHOFF.
C.
REIJNS.
G.
C. B. WEISSENBRUCH.
F.
G. PICHOT 1' ESPINASSE.
II.
G. ROUX.
AL GEMEEN ARMBESTUUR.
BEDELARIJ.
Js hel billijk dat men zijne plaatselijke belastingen tot on
derhoud der armen betaalt maandelijk eene geslotene bus ten
behoeve der algemeens armen aau zijn huis krijgt en dan bo
vendien door een' zwerm van bedelaars lastig gevallen wordt;
terwijl er van regeringswege geeue enkele maatregel van poli-
cie genomen wordt tot wering dier bedelarij Men zal zeg
gen men behoeft den bedelaar niet te geven indien meuniet
wil. Heeft men dan toch niet den last van het gedurig aan
vragen om aalmoezen. Heeft de ingezetene er niet regtmalige
aanspraak op terwijl de armenkassen door geldelijke bijdra
gen ondersteund worden dat de regering de bedelaars van
zijne woning keert, en bovendien is het dan zulk een voor
ingezetenen en vreemdelingen wenschelijk gezigt op bepaalde
dagen gansehe zwermen van bedelaars langs straten en grach
ten te zien slenteren. Zoude het dan niet wenschelijk zijn
dat do strengste maatregelen van policie tegen de bedelarij
genomen werden dat verder van Regeringswego de Ingezete
nen uitgenoodigd werden om dien policie-maatregel te helpen
handhaven, door, in plaats van nu aan bedelaars te geven,
helgeen dan als van zelve ophieldde gewone bedelcenten
maandelijks in de bus te storten, die ten behoeve der alge-
meene armen aan hunne deuren komt.
Maar zal men dan geen schipbreuk lijden op de vereeniging,
die er onder vele Hervormden ter dezer plaatse is lol stand
gekomen om niet meer aan bedelaars te geven en hunne be
delcenten voor hunne Biakonie-armen af te staan?Wij voor
ons meenen van neen; want wanneer deze hunne poging tot
wering vvn bedelarij zoo krachtdadig door het plaatselijk Be-