PUIK BEST GËLDERSCH PEKELVLEESCH staatkundigen invloed deze lectuur zal hebben. FEUXXEETOW. MISTASTING. Het is algemeen bekend, dat Talleyrandde befaamde Fran se ke diplomaat op last van Napoleon zich in het huwelijk begaf met zijne bijzit, zekere madame Grant eene vrouw, uitstekende in schoonheid maar zonder opvoeding of kuudig- beden. Op zekeren dag naar zijn ministerie gaande zeide Talleyrand tot zijne vrouw, dal hij den heer JJenon dien mid dag bij zich ten eten verzocht had en hem dus bij zijne te rugkomst zoude mede brengen dat zij haar best moest doen om hem aangenaam te onderhouden, waartoe het beste middel was, om hem over zijn werk ie spreken hetwelk, indien zij het eens wilde inzien in zijne bibliotheek stond op eene plank, die hij haar aanduidde. Mevrouw Talleyrand neemt het werk dat zij met vermaak leest en maakt er zich reeds een feest van oui er den held van le spreken. Naauvvelijks is men dan ook aan tafel gezeten of zij zegt aan den heer JJenon dien zij wel gezorgd had naast zich te plaatsen dat zij met aandacht zijn boek gelezen had dat zij zulks als een geluk beschouwde de heer JJenon boog zich op dit. com pliment dal hij al zeer onbeschaafde lauden bezocht had en "veel moest geleden hebben de heer JJenon boog zich weder dat zij veel medelijden met hem gehad had. Tot hier toe ging alles zeer wel. «Maar," riep zij uit, «mijne vreugde rees ten top, toen ik iu uwe eenzaamheid den getrouwen Trij- dag bij u zag komen. Hebt gij hein nog altijd ia uwe dienst Op deze woorden keerde de heer JJenon zich geheel ver baasd tot deugeiie die naast hein zal cu zeide: «zou zij mij voor Kobinson Crusoe aanzien?" En waarlijk, mevrouw de Talleyrand had in hare ouuoozellieid de geschiedenis van Jtobinson in plaats van JJenon reis naar Egypte gelezen. STRIJD OM HET LICHT. Twee jonge lieden zaten te lezen, elk aan eene afzonderlijke tafel. De een had eene brandende lamp op zijne tafel staan, de ander een kandelaar en kaars. Eeneu tijd lang zalen zij rustig en stil elk bij zijn eigen licht. Eindelijk zag de een op en begon op vricndclijken rnedelijdendeu toon: arine jon gen wat zit gij daar bij eene doffe kaars uwe oogen te be derven Maar de ander was met dit beklag niet gediend en antwoordde meent gij dat ik ook geene lamp kan betalen? 'tis mijne keus vriend! ik houd mij bij het oude licht, dat bederft de oogen niet." Ook de eerste wordt nu warmer. Elk legde zijn boek neer en ijverde voor kaars- of lamplicht. Ras kwam het tot hooge woorden. De een klaagde dat hij den walm van de kaars niet langer kon uitstaan de ander dat hem het felle lamplicht de oogen deed schemeren. «Weg nicu- wigheidszoekermet uwen valsclien glans." Zoo stoof de laatste op en draaide de lamp uit. ellendige domper ik mag die nachtpit niet zien schreeuwde ondertusschen de eerste en snoot de kaars uit. Toen schold de een den ander, oindat hij het donker gemaakt had zij vochten en lezen konden zij niet neer. Zoo is de uitkomst van den strijd om het licht. HET GANZENBORD. (Uit den Gelderschen Almanak De wereld is een ganzenbord Waar af- en aan gedobbeld wordt Elk krijgt zijn' beurt en elk spcell meé Deez' worp brengt vreugde en gene wee. En hoe men somtijds raast of bromt Geen steen die daarom beter komt. Men lacht vaak om den dommen iiass Hem treft bij eiken worp een gans Een ander man verliest zijn tijd Eu 'tgeld met zorg vergaard en vlijt, Terwijl hij iu de herberg brast En zich en satan zaain vergast. Ginds holt er een zoo onbesuisd Tot dat hij in den put verhuist. Eeu ander doolt van 'l regie spoor Eu gaat op schijn en schaduw door. En iiij die met de wetten spot Zit weidia achter 't grendelslot. Eu velen gaan den slentergang Zij volgeu liieu huil levenlang Maar iu dit kakelbont gewoel Streeft ieder toch naar 't zelfde doel. Doch broeders neemt nw hand i* acht De uoov houdt bij den pol de wacht. übticrlcnHcti. hBT WEL OP. De ondergeteekernie maakt bij deze aan hare geëerde begunstigers bekend dat zij zich met ter woon heeft ver plaatst aan den Helder, No. 383naast den Heer H. Grijm, op de J^aan, geeft onderwjs in onderscheidene Vrouwelijke handwerken, cn maakl Darr.es Kleederen en Hoeden. Helder, 10 Januarj 1846. A. P. HAVERKAMP. PS. Er is tevens gelegenheid tot plaatsing van eenige jonge Jufvrouwen. is te bekomon bij J. F. ZINSMEISTER aan het Nieuwediep, tegen 20 Cents de 5 Onsen voor uitvoer bj het heele of halve vat tegen verminderde prijs. Te WILLEMSOORD aan het Nieuwediep wordt provisi oneel in het Pakhuisbij de Meel- Pel- en Tras-Molen de Eendragtvan Gebr. JANZEN alle werkdagen van des morgens 9 tot des namiddags half vijf ure a Contant ver kocht als Goede kwaliteit GORT per 75 Kop 11.75. 75 10.50. PEREL GORT per 20 halve Ned. P. 3.—. 20 2.50. GORT MEEL 20 1.80. 20 1.60. NB. Dit laatste art. is niet altjd voorhanden. Onvermengd PEL-MEEL per 25 halve Ponden 1.15. REL-MEEL 50 1.15. Nadere informatien bij Gebr. JANZEN van BRUGGEN of aan het Pakhuis bij ENZLIN. Er wordt zoo spoedig mogelijk gevraagd eene DIENSTBODEvan onbesproken gedrag. Na dere inlichtingen bij den Drukker dezes. Uilgegeven bij G. BAKKEK Bz te JSieuweDiep. Gedrukt bij G. GIL IJ ES te Heldere

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1846 | | pagina 4