(Bcmcngbc lacvugtcu.
heelt men verscheidene bliksemstralen langs den toren zien
schieten en heeft men dat gebouw meermalen geheel in
rook gezien.
In eene woeste valleite midden van de Pyreneën
bevind zich ver van alle gewoel en beweging een kleine
staat, bekend onder de naam van Andorre. Zijne onafhan
kelijke inwoners leven onder de bescherming van Frankrijk
en Spanje zij hebben eigene wetten en eene bijzondere
regering, aan het hoofd van welke twee regterseen Fransch-
man en een Spanjaard slaan.
Deze republiek bevat vier-en-vijflig dorpenwelke eene
bevolking hebben van ongeveer 12000 inwoners, die van de
opbrengst hunner kudden, de voornaamste rijkdom des lands
leven. Toon Napoleon de Pyreneën doortrok, om zich naar
Spanje te begeven hield hij te Andorre de hoofdstad der
republiekop en beloofde haar te zullen beschermen en
geschrevene wetten te geven. Deze beloftewelke door
gewigtigo gebeurtenissen werd uitgesteldbleef onvervuld tot
op dit oogenblik. De inwoners hebben de uitvoering zelve
ondernomeneen algemeen wetboek is 7 Nov. te Andorre
op eene plegtige wijze afgekondigd. Dit wetboek onderscheidt
zich door groote eenvoudigheid en bevat in honderd artikels
al de burgeriyke en strafregtelijke wetten der republiek.
Onder deze laatste is eene bepaling, welke de opmerkzaam
heid verdient. Een moord is een zeer zeldzaam verschijnsel
in dit land en wanneer de doodstraf wordt uitgesproken
moet dit vonnis om er een gevolg aan te geven, bekrachtigd
worden door de hiertoe opzettelijk te Andorre bijeengeroepen
vertegenwoordigers der dorpen. Men gebruikt tot de vol
trekking der doodstraf een middel dat met de bijzondere
plaatselijke gesteldheid overeenkomt. Op een kleinen afstand
van den weg naar Katalonie bestaat in de zijden van een
woesten berg een vreesselijke afgronddien het oog der
inenschen nog nooit heeft gemeten. De veroordeelde wordt
geblinddoekt hier heen gebragt en daar wordt hij in tegen
woordigheid van allen door de handen des beuls in deze
grondelooze diepte gestort.
BURGERLIJKEN STAND.
Gehuwd C. Emlin cn H. S. Dirks.
Bevallen H. C. Ledeboer geb. Kool van Heerens Z. N. Klop geb.
Gerlach D.
Overleden T. C. Waaijop 90 j. J. Dekker, 2 j. E. J. Spigt
i m. J. Bais20 j. BI. van Loopik 35 j. G. Jongkees 3 j.
A. van Leeuwen, 1 j. J. Smit, 7 j. T. Wolf, 55 j.
L. "Vos 2 j.
In Parijs heeft men de kunst uitgevonpen om dooden te
leeren spreken. De kunst gaat ver wat kost het niet veel
moeite om levenden goed te leeren spreken. Het barbaar-
sche studentenberigt komt met veel verzachtende omstandig
heden voor.Een fransch christen is Turksch geworden.
De nieuwe bisschop van Munster is nog gezond en sterk.
i De Arnh. Ct. levert eene utopische cathechismus of te kort
begrip van de leer der landsvaderlijkheid en landskinderlijk-
heid. De boeren in Gallicië willen maar niet zwijgen.
Klaas Klut heeft lijfsgenade gekregen. Een ooijevaar heeft
het burgerregt in Groningen verkregen wil echter niet
trouwen, (Gron. Gt.) Een Neger zal in Parys de mis vie
ren. To Leiden vraagt men voor kamenier eene burger
jufvrouw, mits geen Leidsche, Burgerturf te koop! To
Weenen is de blijspelschrijver Nestroij door de politie gestraft,
omdat hij op het tooncel verschenen was met broodbollen
in plaats van knoopen op zijn kleed. De turksche staats
courant maakt bekend dat er een uitgestrekt archieven-ge
bouw zal daargesteld worden. Koning Olto wil de kroon
van Griekenland neerleggen. Te Berlijn hebben twee per
sonen voor de balie gestaan zijnde beschuldigd van den
grooten hofhond te hebben gestolen en opgegeten. In
Ierland sterven veel ongelukkigen den hongerdood. In
Straatsburg en Bazel loopen de menschen op goud. (H. bl.)
-De Alpen leveren goud op in derze lver schilferig kwartz-
steen. De geziglkundige Goedendag beveelt zijne avond-
brillen van bergkristal aan. Kunstoogen on bloedzuigers
te verkrijgen. Zaturdag den 5 werd op Texel St. Nicolaas
door een tweetal Bokken aangevallendeze aanval echter
was van zeer nadeelige gevolgen voor de glazen der hooga
autoriteiten, (ingezonden van Texel.)
TEFIIIETOA.
DE NIEUWE PENELOPE.
Zoodra verkondigden niet de rouwteekens boven den ingang
van Beechivoodhalldat öeszelfs laatste bezitter Sir John
JJenyers overleden, was, en dat zijne weduwe de rijke nala
tenschap had aanvaard of alle ongehuwde mannen binnen
den omtrek van 12 mijlen, snelden, ais op een seinschot der
waarts: en betoonden op zulk eene bevallige wijze huune deel
neming dat zij zich verbeeldden door de overeenstemming
van gevoelens liefde te zullen verwekken.
De advokaal der weduwe, een onbeschaamde oude vrijer van
60 jaren vleidde zich cr mede dat mevrouw hem niet als
een' zaakwaarnemer, maar als een' vrieuddie ijverig voor
haar geluk zorgde, zoude beschouwen,'die het dus verdien
de, dat ziju gerimpelde hand aanspraak maakte op hareschoo-
ne doch hij bemerkte weldra dat het van een goed gevolg
zou geweest zijn indien hij in het voorportaal aan de geblind
doekte Godin was voorgesteld maar dat het een geheel ander
geval is, voor eeue regtbauk, waar de voorzitlercs uit heldere
oogrti ziet.
lier deze schouue vrouw de zwarte kap zes weken gedragen
had werd hare woning belegerd en hare gangen heimelijk
bespied, terwijl de vijf-en-veertig minnaars elk zich uitputte-
den om eene verklaring te verzinnen die haar van deopregt-
heid en onbaatzuchtigheid des aaiibidders het beste overtuigde.
Zij kon geen vens'ers openen, zonder vrees voor eene hagelbui
van leedere minnebriefjes zoo digt gestrooid als de sneeuw
vlokken in de maand Februarij Wandelde zij in haar hof,
dan stond achter ieder struikgewas een vrijer die zoodra zij
naderde, voor deu dag sprong, op zijne knieën nederviel en
verliefden onzin stamelde. Anderen wilden het oude Arkadie
hernieuwen trokken met gekromde herderstaven door bosch
en beemden en krabbelden op iederen boomstam den naam.
van do beminde schooue. Er was geen knecht noch meid in.
het huis die niet ten minste van eenen vrijer steekpenningen
kreeg. Zij zag zich dus genoodzaakt, twee malen in het jaar,
van de kamenier tot deu staljongeu toe van alle dienstboden
te verwisselen.
Dewijl echter geen oproerling in de welverzekerde vesting
des harten ceuige beweging verwekte, scheen het, als of zij
de bestorming zoude afslaan. De weduwe koesterde nog ver
ouderde denkbeeldeu als die van eerste liefde achting voor
liet aandenken aan gestorvenen, en dergelijke dingen incer^
die, hoe aartsvaderlijk dezelve ook ziju mogen, haar evenwel
afkeerig maakten van het gevaarlijk waagstuk eeuer tweede