PUBLIEKE VERKOOPIlXG.
PUBLIEKE VERKOOPING.
ingeslikt door eenen walvisch. De schrik deed hem opspringen weder
om inslapende veranderde het tooneel. Een schoon groot schip reilde de
haven van Londen statig binnen en op het dek bemerkte hij rijn oom
uilgedoscht met den huid van eenen schoonen witten beer. Oom Taddij
kwam dadelijk van boord omhelsde Bob en gaf hem nieuwe schoenen.
Ten tweeden male ontwaakte Bob nu van vreugde echter zijne teleur
stelling was bitter.
Dat is toch niets zeide hij. Men zegt dat men aan droomen gelooven
moet ik zal naar de haTen gaan en zien of er walvischvaarders aange
komen zijn.
Bob kwam aan de oevers van den Theems waar hij een oogenblik
bleef staan kijken naar het schaatsen rijden. De koude echter belette
het hem langer toen hij op het onverwachts op den schouder voelde
tikken.
«Eindelijk heb ik U riep de klerk Sparrowwaar hebt gij toch ge
zeten Hebt gij li verborgen gehouden
«Verborgen, hernam Bob met schrik. Eu waarom dat?
Maar hij herinnerde zich dat hij eens van het kantoor had medegeno
men eene pen en een vel wit papier om te trachten alleen te leeren
schrijven.
Het was maar een oude pen Mijnheer Sparrow op mijn woord en
het papier was vol vlekken.
«Wie spreekt u van pen, papier en inkt Bob? Hebt ge nog geen
schoenen? Hebt ge ontbeten? Mag ik u een cotelette en een glas por-
terbier aanbieden
Dank u zeide Bob dien dit te vreemd voorkwam dank u. Tot
wederziens Mijnheer Sparrow.
Hoe tot wederziens. Ik verlaat u niet alle klerken hebben bevel u
te zoeken.
»Mij« zeide Bob, wat heb ik dan toch gedaan.'
«Stel u gerust en volg mij, men heeft niets dan goed met u voor.«
Bob liet zich medenemen.
«Daar is liij riep Sparrow. toen zij het kantoor binnen traden. Ik heb
het schaap weergevonden dat verloren was.
«Gij hebt ons een groote dienst bewezen Mijnheer Sparrowzeide de
oude procureur, terwijl hij zijn bril op den neus zette.
Dat brave kind. Heeft hij nog al geen schoenen! Gaat gaauvv een paar
halen: ziet toch vooral toe dat het leer zacht is, opdat hij toonen en en
kels niet kwetse. Maar neem Bob liever meè dan kan hij liever zelf kie
zen. Gaat ook in ten herberg en laat hem een stuk biefstuk eten en een
plumpudding voor zijn dessert. Neem die kroon mede/ het vierde ge
deelte zal genoeg zijn: want gij hebt zeker ontbeten Sparrow
«Neen hernam Sparrow ik ben nog nuchter.
«Ontbijt dan met Bob meè, al moest het de gansche kroon kosten. Wij
zullen dat wel vinden.
BOB wist niet hoe hij het had. Zoodra hij schoenen aan had en wat
opgeknapt was, bragt Sparrow hem naar de herberg. Zij deden beiden
de biefstuk geen oneer aan maar Sparrow raade BOB vooral de pudding
aan.
«Ik verbaas mij zeide BOB, nog geen 14 dagen geleden wilde Mijn
heer Stoneheart geen borg voor mij blijven bij den schoenmaker, en nu
laat hij mij opzoeken om mij te kleeden en te onthalen, ik begrijp het
niet. Hoe komt het toch Mijnheer Sparrow'.
„Raad eens.,,
,,0! nu vat ik het. Droomen zijn geen bedrog. Ik heb dezen nacht
gedroomd dat Oom Taddij in de haven van Londen was aangekomen.
Oom Taddij is aangekomen, welk een geluk.
,,Uw Oom Taddij is dood maar gij zijt erfgenaam.
Op deze onverwachte tijding smolt BOB in tranen weg.
„Ach mijn God Oom Taddij is dood! Hij bevond zich dezen nacht nog
zoo wel in mijn droom welk een ongeluk!
„Ik heb nooit zulk een erfgenaam als hij gezien, mompelde Sparrow
terwijl hij een halve flesch porter opslurpte die hij zich had laten ge
ven. Tienduizend pond sterling komen zoo voor hem als uit de lucht
vallenen dat noemt hij een ongeluk
Pcoplcs journal of Litttrature and popular Progress.)
Slbucrtcnttcn.
Er wordt gevraagd te HUUR een gemeuhi-
leerde KAMERmet KostBeivasschen en
Renaaijen. Adres bij den Uitgever dezes.
Brieven Franco.
Men is voornemens om op Maandagden 26sten Julij
1847 des avonds om 7 uren in het lokaal Tivoli aan
tien Helderten overstaan van den Notaris J. SCHOON
publiek te verkoopen
1. Een WOONHUIS met Koperslagerswinkel,
Werk plaats en Erf, waarin de Koperslagersaflaire
vele jaren met succes is-en nog wordt uitgeoefend slaande
en gelegen aan den Kanaalweg aan den Helderka
dastrale Sectie A. No. 2312 groot 2 roeden 20 Ellen,
2 Twee onder dozelfde bekapping gebouwde WOON
HUIZEN staande achter het voorschreven Perceel
Kadastrale Sectie A. No. 2313, groot 95 Ellen.
3 Een HUIS en ERF staande en gelegen aan den Ka
naahveg voormeld Kadastralo Sectio A. No. 2232
groot 36 Ellen. En
4 Een HUIS en ERF staande en gelegen aan den weg
tegen den Zeedijk, aan den HelderKadastrale Sectie
A. No. 2309 groot 34 Ellen.
Van de voormelde Perceelen welke behooren aan den
Heer J. J. GOOIJ zijn de twee eerstgenoemden inmiddels
uit de Hand te koop te bevragen bij den Eigenaar.
Nadere informaticn zijn te bekomen bij den Notaris
SCHOON voornoemd.
Men is voornemens om op Woensdag, den 28 Julij 1847,
des voormiddags om 10 uren aan het Sterlhuis van Mejuf-
vrouw G. JONGERLING te Huisduinen ten overstaan
van den Nolaris J. SCHOON publiek te verkoopen
Eenen netten cn zindelijken
INBOEDEL;
bestaande in:
een eikenhouten opgelegd KABINET een dito CHIFFONIE-
RE, TAFELS, STOELEN, SPIEGELS en SCHILDERIJEN,
KOPER-, TIN-, GLAS en Aardewerk
voorts:
BEDDEN met dcrzelver locbehooren KLEEDEREN en LIN
NEN
mitsgaders:
JUWEELEN en GOUD- en ZILVERWERK waaronder een
brillanto VOORNAALD met Juweelen twee dito KAP-
SPELDEN, twee Gouden ZIJNAALDEN, een KERKBOEK
met Gouden Sloten, HAN DRINGENTAF'EL ,- cn ander
ZILVERWERK, enz.,
en e i n d e 1 ij k
een KALF-KOEeen PAARD een partijtje HOOI en het
geen verder te koop zal worden aangeboden.
Alles behoorende tot de onder voorregt van boedelbeschrij
ving aanvaarde nalatenschap van wijlen Mejufvrouw G. JON
GERLING voornoemd.
De Goederen zullen daags voor den Verkoopdagvan
des morgens 9 tot 12- en van des namiddags 2 tot 6
Uren voor elk te zien zijn.
Uitgegeven bij C. BAKKER Bz. te Nieuwediep.
Gedrukt bij S. GILTJES G. KOÜTER, te Helder