Jaten beschikken en Vergeet dan zoo gaarne zijn» gewone dagelijksche bezigheden en verrigtingen. Ik^kteed mij aan en ga zonder een bepaald oogmerk waarheen of Waartoe, de deur U'E Ik ga inderdaad nergens anders dan om uit te gaan genot te hebben van mijne onafhankelijkheid voor mij zeiven te leven., wanthet is Zonday. Op dezen dag buk imij met voor den trotschen rijken wiens grie vende minichiinj de nood mij anders doet dulden, noeJi voor den aanzienlijken, die zijne minderen op eenen hoogeii toon loesnamwt, wanneer hij er niet builen kan hun iels te schenden die niet weet of niet wil weten dat de manier van geven eigemijü de waaide dei gift uitmaakt, en zonder welwillendheid elke gift veeleer eetie beieediging dan eene misdaad is. Ik heb mijn beste kietd aan en met eene lieie bonding stap ik voort en zie iedereen die mij ou moet vlak in tiet ge- zigt ik gejoel dat niemand eenige meerderheid boven mij bezitmij Stam allen gelijk want het is Zondag. iVlijn weg voert mij veoibij eene Kerk. Ik zie eene vei bazende menigte de.rwa.iiis stroomtn. Wat zou er gaande ziin Weliigt eene .processie Neen het is geen processie. Een beroemd redenaar zal den kansel beklimmen en dediuk ike toeloop der menigte is een onwedersta inbare aan iraug voor mij om Ook, ten minste etn stidtje zijner weisprekeudhtid te hoortn. Ik tieè binnen en waarlijk, de verdeeiingeu en splits.ngen de a mhiiingen uiteenzettingen en wat van dien aaid meer zij, dal aiieen dunt o den kosteiijktn tijd te rekken, ter zijde feilende vind Ik het zeer goed. De redenaar preekt legen den hoogmoed. Eene uitmuntende stof en üiet kwalijk gekozen. De kerk is stikkend vol, maar zij is veel ie klein gansch Parijs moest zich hier hebben kunnen verzamelen want élk zou bier wel eene duchtige veninriing kunnen kiijgen. Immers het is de rijke n et aiieen die in het bezit zijner schatten eene horgere waarde waant te bezit.en ais zijns ge.ijken en zeifs zien in dien waan bo^en zijne overheden vei heft. lelijk zij %oor dezen zijne hoogmoedige eig< niielde en hoogc verbeelding van zich zeiven niet te terbei gen, maar dezeive rijkelijk ten toon spreidt, zoo ra hij zich bij zijne minderen bevindt even zoo is het met eU een gelegen in wel ken stand hij ook geplaatst werd. Van trap tot trap, van d« u aanzit-n- *'ksten tot den scha rsl per gevoeb n wij ene zek< re wezenlijke of in- gebeeh Ie meerderheid boven ied. reen d e beneden om ge te.d is of schijnt en ten laatste wieekt de >ch «arsiijper zich op zijnen hond voor den spijt en het verdriet dat hij niem uid heimdcn zich aantreft. lloe treffend i rediki «leze fedenani de nede. iglieid i Weik eene zui- feiheid van stijl, hoe juist gepast en sierdjk tevens zijn aile de uitd uk- kine.en"! Met welk eene bevalligheid en oveireding tevens spreekt hij! Welk.;efn wel uidendheul is er in zijne stem! Eu hoe ongemaakt zijn alle zijne bewegingen. Is het wel e nederigheid die dezen man zoo vele talenten heeft doen veikiijgen, of iegt hij thans ook grenen hoog moed aan den dag in liet gevoel zijner uitstekende welsprekendheid Gindsche dame, die zoowel bewust schijnt van het overwigt harer be- kooi li kheden hoort met alle aandacht naar zijne ledenen. Doof voor de giondb' ginselen waaiui! hij spreekt wij.vt zij voor de inagt d r wel sprekendheid. GehofTen door zijn vooistei maakt zij d> n reden «ar straks de vJijeudste komplimenten. <:ij ge ooft weliigt «lat hij zich verheugt haar van het dwaalspoor Ie hebben afgetrokken en eene verdtrfe'ijke 011 deugd bij haar te hebben uitgeioeid. Ach! dit is het gevolg met zijner prediking en dit was het ook niet wat hij zocht. [Jij wil Bourdalout en M^nssHhn navolgen op zijde staan en «verheffen. Ik ga de kerk uit en zet mijne wandeling voort naar het Museum waar ik insgelijks binnenin ed, en mij onder «le hier tegenwooid ge aanschouw et s meng. Ik ben geen kenner van schilderijen maar waar iedeieeu henen ziet sta ik ook met opgelogemlheid ie kijken. Ik be donder.zoo goe I als iemand Haphatl wiens grootste verdienste ik in de naamlijst gevonden lub. Mei bescheidenheid luister ik naar lietgetn er over hem gesproken wordt. De verrukking des sprekert deelt zich onge voelig a^n mij mede en niet hen verklaar is lliphael voor een gmol Schilder. 7oo «leze schilderij voor een uitji mgboid had gediend zoude ik <Jr geen" oog naar gewend hebben weliigt ware deszelfs verdienste door niemand-opgemerkt. Het is alles aan de p'lauls veischufdigd waar men het ten toon sielt. Even zoo is het m«jt de menvehen gelegen. Hij die in het verhoigene leeft blijft altijd onbekend hoev-de talenten hij ook bezit d iar hij niet op den vooigiond geplaatst schi-teren kan waar— Oi' een.en ander n et zelden al zijnen roem aiieen verschuldigd is. DCen dineert des zond gs zoowel ais door de wtek wat meer is, men heeft zoovele beslommeringen niet aan het hoof 1 en de sp isverteiing gfat «lus oneindig gemakkelijker. Ik begeef mij daarom zonder verwijl •aar den eersten den besten rtstau'ratcvr. Twintig a dertig personen zitten hier elk alzonderiijk te eten zonder met elkander le spreken of ftlfs elkander aan te zien. Opgeruimdheid en blijgeestigheid schijnen deze zaal verbannen te zijn. Deze eten alleen om te eten geene schijnen geheel en al afgetrokken door bepeinzing vnm betgeen den vort gen dag in huune zaken is voprgevallen. Zij verliezen zich in de aan-, g'ehame of verdrietige herinnering daaraan en in de vooruitzigten van hetgeen op den volgemhn «lag te doeti is, in de nieuwe specul.itien di<v, zij beoogen, en de waarschijnlijke winst, die hun dezelve op zulle*, brengen. Gaat maar zoo voort! maakt plannen en ontwerpen, en laat uw hoold nooit een enkel oogenblik ledig zijn van gedachten voor uw» winstgevende werkzaamheden ik beklaag u evenwel want het is nim mer zondag voor U. Neen tiaar wil ik mijn middagmaal niet houden om mij alle oogen- b.ikken «e ergeien over tle dwaasheden der mensche» wanneer ik zoek mij te vermaken. Ik ga veel liever naar eene dier plaatsen waar men nog eenge trekken van den oorspronkelijk en mensch in de heet schendt* guiheid tevredenheid en opgeruimdheid vinden kan. Ik begeef mij dus van da «r en wandel naar de Tuilerien. Een aantal bekoorlijke vrou - w en de eene al opzigtiger gekleed dan de andere zit hiér iu lang» rijen bijeen om te zien en om gezien te worden. Jongelingen en man nen gaan hier langs en voorbij om met eene beleedigende tn gemarkte houdir g de schoone vrouwen te begluren hetgeen zij noemen hier een* wandeling doen. Zoo evenwel verkies ik niet om op Zondag te wande- ten. ik Vervolg mijnen weg en begeef mij naar «Ie Eiizeesche velden da »r treed i.v de dans Tuintjes in, waar de veigenoegde handwerksman» na den zesdaagschen arbeid zijne uitspanning zoekt, en de vlijtige win kel, er niet veiziiiuit te komen met de parpiuie van zijne vrouw onder d«n eenen a«m u een geurigen meloen onder den anderen, liier ver gt ten zij de ontbeeiingen waataan zij den vorigen dag zicii moesten on derwerpen en die welke den volgenden dag hun weder wachten. D(r zuinige huisviouw heefi iedeien dag eene kleinigheid ter zijde gelegd ea vrolijk komen zij hier de vrucht hunner spaarzaamheid verteren. Ziedaar e« n vergenoegd huisgerin bij eikander. Sorcau en zijne vrouw zij.i juist el^eri zondag niet gewoon hier te komen maar het schoon» wede. beeft hen ui geiokl heden eens de genoegeiïs van het buitenleven te gemeten en zij hebben het plan etn goed gedeelte van den dag hier door le brengen. Huune doch.er Angelika die waarlijk haren naam, eer aan toet heeft haar besten zondagschen opschik aan indien eenig kleed lot opluistering der schoonheid strekken kan. De stof van haai ge waad is wel met van de fijnste soort, maar helder wit, en een voor schoot v »n zwarte zijde, doet «le blankheid van haar gel «at nog meer uitkomen. liet is waar, hét kleine hoedje waaronder haai blonde lok ken zich vei bergen is juist niet van den besten smaak, maar wal doet er. «lil toe yingelika is zoo bevallig, dat men haar aanziende, haar na*» luu.iijk schoon bewondeil zonder aan haren opschik te denken. Het Ver volg en Slot hierna) Qöuc t* t c u t u ii. lieden overleed na een langdurig lijden, in den ou-. denlom van 31 jaren JOHANNA COR.NELIA SCHllOOR. gelulde echtgenote van Heldi r 31 i)ec. 1847. II. BURGERS. '|,|s tu «oideren heeft van ol verschuldigd YVlBi'-ii.ifi)-a is aan de onder het voorregt van Boedelheschrij- ving aanvaarde nalatenschap van den lieer Albe-rlus Jan zenin leven Koopman en Winkelier, gewoond hebbende aan het Nieuwe Diep, en aldaar den 20sten der maand December overleden, gelieft daarvan vóór den loden Januari] e. k .franco opgave of betaling le doeD ten Kantore van den Notaris P. A. Heets, aan hetNieuwediep. ÏTÖTOTïn E N7 Do oiidergeleekende Ontvanger der Registratie en Domei-; nen lo Helder, herinnert door dezen de belanghebbenden» aan de voldoening der door hun verschuldigde Erfpacht dec Domeinen over 1847, verschenen 31 December van dal: jaar. Zullende bij niet voldoening legen de nalaligen ia regten worden geageerd. HELDER 1 Jariuarij 1848. De Ontoanijer voornoemd A. C. ME R E N S. Uitgegeven tiij C. liAKKËit 1!z. te Aieutetdirf». Gedrukt bij S. GILTJES G. KOÜTEfi, te liddtr.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1848 | | pagina 8