Verhandeling over de Doodstraf, Cl b t> c r t c u t i ti. Op onderscheidene plaatsen hebben wedrennen plaat» van nar ren. Een Amsterdammer heeft zijn 40-jarige dienst als Arlekijn gevierd. Twee regimenten infanterie en één re giment kavalerio zullen uit Algerie naar Frankrijk lerugkee- ren. lo Mei verwacht onderscheidene garnizoens-veran- deringen. Prins Hendrik is eervol ontslagen als komman- dant van h«t fregat Prins van Oranje. Eene goederen- stoomvaart en sleepdienst op zigt van Amsterdam naar Ant werpen. In Rotterdam hebben de politie-agenlen last be komen verkleed de straten te surveilleren, orn het groot ge tal bedelenden op te nemen. (H. B.) In Wageningen is een oven daarges!eld om Keulsch Aardewerk te bakken en (Wageningschebierkruiken. De Erven van der hin gen presenteren Utrechtsch water te koop uit de St. Mar ie .pomp. De Amsterdammer Courant zal gecne looneelvoor- stellingen meer aankondigen. Het Handelsblad van 13 dezer heeft op verzoek van genoemd blad een artikeltje overgenomen, over het middel tegen liet uilloopen van wa gens uit het spoor, uitgedacht door den Heer Claasen. FEU I h Ij Ti T O JV. door J. A. Buddingh, Theol. Doet. en Predikant te Batavia, gedrukt te Ba tavia, ter drukkerij van het Bataviaatsch Genootschap 1846. Als voorstanders van de Afschaffing der doodstraf, is elke brochure tegen deze straf gerigt, ons "welkom. Giootc beginsels worden niet itt toepas sing gebragt voor dat zij uit de kamers der gelcetden onder het alge meen verspreid, daar als het ware opgenomen, en als waarheden erkend zijn. In het bijzonder alles wat wij gewoon zijn als noodzakelijk, al is het ook als een noodzakelijk kwaadte beschouwen wat door eene prak - rijk van eeuwen diep in de denkbeelden is ingeworteld, wordt niet ge makkelijk verdrongen, en jaren worden er vereischt voor dat de verkeerde beschouwing voor een helderder inzigt heeft plaats gemaakt. N/et één mensch is in staat die veranderiug teweeg te brengen; tien, twintig, honderden malen moet hetzelfde onderwerp van verschillende zijden be handeld, en onder verschillende vormen voorgedragen zijn eer dat het vooroordeel geheel is uitgeroeid. Ieder geschrift maakt in den grooteren of kleineren kring zijner lezers eenige aanhangers voor het nieuwe denk beeld tot dat het eindelijk zoo algemeen is aangenomen dat men zich verwondert, hoe er een tijd heeft kunnen zijn, dat het bestrijders vond. Ieder geschrift kan daarom zijne nuttigheid lubben, al is het, dat men daarin geene nieuwe gronden ziet aanvoeren. Zoo wenschen wij ook aan de verhandeling van den Heer Buddingh eene ruime verspreiding; zij zal medewerken, om liet nuttelooze en ver keerde van de doodstraf meer algemeen te doen erkennen. Bijzonder ver dient daarbij de aandacht, hetgeen gezegd wordt omtrent de werking dier straf op den misdadiger zelvenwaarover de schrijver, als belast met de herderlijke zorg in de gevangenissen te Batavia, uit eigene ondervinding met grond kan oordeelen. "Wat is het, dat de algemeene afschuw voor een moord verwekt? liet is omdat een ieder zich verplaatst in den toestand van het slagtofferzich de angst en het lij<1 en van den vermoorde voor den geest haalten daar bij welligt zichzelven de vraag voorsteltzou ik bereid zijn om zoo plot seling voor de eeuwigheid te worden opgeioepen? Die afschuw vei meer dert, naar mate de dader met ineer overleg, kotlzinniger den moord gepleegd heeft. Welnu de gcregtigheid verkondigt weken te voren aan haar slagt offer zijn lot, en rekt daarmede de doodsangstende gcregtigheid doodt altijd koel en met overleg, en zij zoude ophouden te zijn, wat zij behoort te wezen, indien zij anders handelde. Een niet onnatuurlijk gevoel is de afkeer van het algemeen voer den persoon van den scherpregter; maar is dat werk dan zoo afschuwelijk dat de persoon, die niets dan een werktuig in de hand der geregligheid is, Yerkrijgbaar bij den uitgever dezes a 2-00. daardoor getroffen wordt, wie gevoelt dan niet, dat hij die door zQb« goedkeuring die straf in stand helpt houden, dien afkeer meer 'dan de scherpregter verdieDt. De doodstraf moet dienen tot afschrik voor anderen maar het is de vraag nog, of het koelbloedig in het openbaar dood en, niet meer bevorderlijk is, om verdorven naturen gemeenzaam te maken met het denkbeeld van te moorden, dan om er van af te schrikken. Vele Barbaarselie Straffen zijn reeds afgeschaft, en meu heeft er nimmer eenige nadeeiige gevolgen van ondervonden; het afschuwelijke branden eu geesselen moge nog in Nederland vertoond worden, de afschaffiug is ophanden; de overtuiging wordt meer en meer algemeen, dat al dié ligchamelijke en oriteerende straffen nutteloos zijn en een goed ingerigt gevangenisstelsel voldoende is*r om van de misdaad af te schrikken. Zoo hopen wij dat ook weldra de tijd zal naderen, dat de doodstraf geene verdedigers meer vindt. De lieer Buddingh werpt het denkbeeld op, om eene maatschappij voor ter dood veroordeelden op te rigten. Dij wenscht dat geene-doodvonnist sen meer ten uitvoer mogten worden gelegd, maar dat de verooi deelden, afgesneden als leden van den Staat, aan die maatschappij werden overge geven. Deze maatschappij zou dan de middelen moeien beramen'om. hen onschadelijk te maken. Het cellulair sijsleem zou op hen worden toegepast die onhandelbaar zich betoondenterwijl men allen g« legenheicL zou moeten geven, om allerlei handwerken te verrigtenom godsdienstig onderwijs tc erlangen enz. enz. Mei dit denkbeeld kunnen wij 'ons vol»' strekt niet vereenigen,. Door in de wet eene straf op te nemer», die men ruimer zal toepassen maakt men de wet bespottelijk, en door aan eene maatschappij de zorg over te dragen, om misdadigers onschadelijk te ma ken, zou de Slaat aan zijne verpiigtiugen <e Lort schieten. Het is onze bedoeling niet geweest, om van het werkje van den Heer Buddingh een volkomen verslag te geven of daarvan eene recensie te leveren. Wij hebben alleen de aandacht op deze nieuwe bijdrage ter bestrijding van de doodstraf willen vestigen. Gisteren overleed in den ouderdom van ruim 74: jarertmijn geliefde Vader, do WelEdele Heer ARIE DENIJS, Notaris en Burgemeester te Sóhagen. Helder den 14 Januarij 1848. A. DENIJS. DOMEINEN. De ondergeleekemie ontvanger der registratie en Domei nen le Helder, waarschuwt nogmaals ten ernstigzte .alle do belanghebbenden, die niettegenstaande zijne gedane her innering in gebreke zijn gebleven, in de voldoening der door hun verschuldigde erfpachten over 1847, en maant hun aan zulks alsnog binnen de eerstvolgende 8 dagen to bewerkstelligen; daar hij bij verdere nalatigheid, verpligt is toe te pussende middelenhij de wet op de vordering van 's lands penningen daargesleld. Helder17 Januarij 184S. De Ontvanger voornoemd A. C. MERENS. Om met half Februarij in dienst te treden, wordt gevraagd een bekwame KEUKENMEID, die zindelijk en bedaard islegen een billijk loon. Adres bij den Heer C. BAKKER Bz.Boekhandelaar alhier. Al degenen welke iels te vorderen hebben van of verschuldigd zijn aan de alhier overleden» weduwe Nootenherg worden verzocht zich uiterlijk lol den 20sien dezer le vervoegen hij P. van Vlietwonende bij de Nicuwobrug aan hel Nieuwe Diep. Uitgegeven bij C. BAKKER Bz. te Nieuwediep. Gedruit bij S. UILTJES G. KOÜTER, le Udltu

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1848 | | pagina 4