punt van groot geschil. De meerderheid schijnt zich niet
met hel voorstel der regering te kunnen vereenigen, na de ophel
dering, die do memorie van beantwoording, van de belee-
kenis der woordenbehoudens de verantwoordelijkheid
volgens de wet, had gegeven.
40. Het Onderwijs. De grooto meerderheid bleef ver
klaren, dat zij hare toetreding lol het beginsel der vrijheid
van onderwijs ondergeschikt moest maken aan het erlangen
van waarborgen, dat daardoor een goed lager schoolwezen
O o O
niet in de waagschaal zou worden gesteld. Zij bleef groot
gewigl hechten aan haar vroeger verlangen om in de Grond
wet het beginsel aan te nemen, dal overal van overheidswe
ge voldoend openbaar lager onderwijs zal worden gegeven.
50. dl egt van Vereeniging. De meerderheid zag in do
erkentenis van dit regt geen overwegend bezwaarmits slechts
de mogelijkheid open bleef, om de uitoefening van hel regt
zoodanig te regelen, als in do bedoeling der Regering schijnt
te liggen. Men achtte het dus wenschelijkdat het daartoe
betrekkelijke grondwets-artikel in dien geest gewijzigd en
aangevuld wierd.
G0. Be IVetgeving voor de Koloniën. Do groote meer
derheid was van gevoelen, dat eene te ver uitgestrekte be-
moeijenis van de wetgeving van hot moederland met de ko
loniën lot verderfelijke gevolgeu zou kunnen leiden. Zij
verlangde eene bepaalde opnoeming der onderwerpenwelker
regeling tol het gebied der wetgeving van het moederland
zoude behooren. Ook heeft men zich bijna algemeen tegen
de in het nieuwe artikel h voorgedragene bepalingen omtrent
de koloniale sloten van rekening, verklaard
70. Het inkomen der Kroon. Men blijft innig overtuigd,
dat de vermindering van het inkomen der kroonniet slechts
uit het oogpunt van den tegenwoordigen finanliëlen toestand
des lands hoogst wenschelijk zoude zijn, maar ook zou kun
nen bijdragen om de liefde die do natie hel regerend stam
huis toedraagt, te verhoogen.
D 1 o
Terwijl wij ten aanzien van do aanmerkingen der Kamer
op de afzonderlijke artikelen naar hel Algemeen Verslag zelf
verwijzen, nemen wij hier nog slechts over, enkele beden
kingen legen hel voorloopig kiesreglement.
De meerderheid acht hare bezwaren daartegen niet uil
den weg geruimd. Er bestaat volstrekt geeno bchocllo lol
het aangrijpen van een buitengewoon redmiddel, gelyk in
1814 en 1815. De overgroote meerderheid was tegen het
opdragen der verkiezingen aan do legcnwoordigo stemgereg-
tigden. Daardoor daalde de censuï te laag af. De eerste
kiezers zouden alzoo zijn ingezetenen, aan welke do gewij-
zigdo grondwet zelve, dat regt niet zoude, toekennen. Do
behoorlijke verhouding lusschen den census van kiezers in
de steden en ten platte lande bleef daardoor ontbreken. Men
stelde dus voor: lo. in do sleden do verkiesbaren en ten
platten lando de stemgcregtigden tot het doen der keuze op
te roepen: 2o. den census voor hel platte land eene evenre
dige verhooging to doen ondergaan3o. dien census in ver
band lo brengen met het aandeel in do directe belastingen.
Een Engelsch diplomaat, wiens oordeel over de Ierscho
zaken gevraagd werd, gaf daarop onlang» zeer koeltjes ten
antwoord dat de Ieren hem niet do minste vrees inboezem
den, omdat zij geen aardappelen hadden. De aardappelen
zeide hij, «zullen dit jaar zeer ziek zijn, maar in Ierland
zullen zij geheel en al ontbreken; de leische kwestie nu is
niet anders dan een aardappelen-kwestie." En toen men
hierop de aanmerking maakte dat de hongersnood een niet
zeer bevredigend -middel legen oproer is, antwoordde hijj
«Over het algemeen hebt gij gelijk, maar de leren zijn an
dere dan de overige menschende honger die andere vol
ken woedend maakt, heeft bij hen de uitwerking, dal zij
zoo mak worden als lammeren. Hadden zij echter aardap
pelen, dan zouden zij inderdaad gevaarlijk zijn, maar aan
gezien die hun nu ontbreken, zullen zij wel genoodzaakt
zijn ons de hand loc to steken, en wij van onzen kant
zullen hun, even als in het vorige jaar, weder acht mil-
liocn pond sterling zenden, hetgeen hun echter niet beletten
zal te zeggen, dat wij hun wederom bestolen hebben."
De godsdienstige secte der Moravische broeders heeft bij
het Bestuur der Franscho Republiek aanzoek gedaan tot
magliging voor het bouwen van ten gesticht met een colle-
gie lo Parijs. Men weel dal de ïloofdstichling van deze
godsdienstige secte lo Hernhut in Saksen is gevestigdin de
ze stad woont de bestuurder van hel collegiedat vertakkin
gen heeft in geheel DuitschlandZwitserland, Engeland,
Holland, Rusland, de Indien en de Vereenigde staten van
Amerika.
Do proeven met clcclriek licht, welke men iederen
avond te Parijs op de place du Carousil neemt, geven
zeer belangrijke uitkomsten. Eene enkele pijpop den hoek
van de rue de Chartres geplaatst, verlicht den gehcelen
gevel van het paleis der Tuilenen als een prachtig maan
licht. Van de place de la Concorde en de naburige kaai-
jen bemerkte men dit schitterend licht, het welk de lueht
boven de gebouwen do Louvre en Tuilerien verlicht. Men
zou het ook voor het noorderlicht of do terugkaatsing van
een groolen brand houden. Niels is verbindender dan dit
clectrieko licht, en dit is zei Is zijn gebrek, want het is
even onmogelijk den glans van belzolve uit te houden, als
lang in de stralen der zon te zien.
Het Frankf. Journal spreekt van een plan, om tege
lijk met de staalkundige eenheid ook die der kerk in Duitsch
land te horstellen en alzoo bij den vooruitgang des tijds,
geheel tol het standpunt van do zestiende eeuw terug te
keeren. Hel ontwerp zou gevormd zijn door den zich thans
lo Frankfort ophoudenden professor Gfrörervan Fieiburg,
die do weder-opbouwing der oude Duitsch-roomsch-kalbolyko
kerk als een der gevolgen van de herstelling van hel Duitscho
rijk proclameert. Tot bereiking van hel doel, stelt hij voor
dat door den tegenwoordigen Paus Pius IX, zoo in zijnen
naam als in dien zijner opvolgers, aan do protestanten, die
in den schoot der Roomsche Kerk zouden willen terugkeo-
rende volgende regten zouden worden toegezegd: lo. het
avondmaal, naar verkiezing, in den cenen of den anderen
der beide vormen te mogen gebruiken2o. den Duilschcn
bijbel to lezen; 3o. vereenvoudiging der kerkelijke ceremo
niën en beperkte gebruikmaking van het latijn bij de gods
dienstoefening; 4". magliging aan de bisschoppen, lot af-