de ingezetenen «lezer Gemeente, die den hartelijken wensch koesteren, dat hetzelve moge gestrekt hebben om de gene genheid te winnen van den beminden vorst, die hen met hoogstdeszclfs tegenwoordigheid vereerde en do harmonie to bestendigen, welke hier steeds tusschen Marino, Landmagt en Burgerij heerschen mogt. Z. K. H. is heden middag om drie uren, weder van hier naar 's Gravenhage vertrokken en zijn terstond daarna do voornoemde schepen, met adsislenlio van de alhier aanwezige stoomboolen en onder het gebulder van het geschut naar zee gezeild. Bij resolutie van Z. Exc. den minister van Finantiën van 29 Sept. jl., No. 56, wordt aan zegelverkoopers toege staan, hunne admissie als voor drie jaren verleend, te be schouwen. Zegelverkoopers zullen Z. Exc. dankbaar zijn voor die mildere bepaling, minder om hetgeen men daardoor jaarlijks uitwint, dan wol om het hatelijke dat men er algemeen in vindt, jaarlijks op eene zekere contributie gesteld lo wor den, welke men beschouwde als hoofdzakelijk to moeten strekken lot slijving van de emolumenten-kas der ambtenaren. De uitvinding van den ex-minister z;a« om jaarlijksch de ADMISSIE in te trekken, werkte ook al mede om de ontevredenheid lo vermeerdoren, wij hopen dat dezelve een maal doorloopendo toegoslaan, bij misbruik alleen ingetrok ken worde en niet strekko om de kas der leges te stijven. MILAAN, 2 Oct. Er zweeft eene sombere onheilspellen de atmospheer boven deze ongelukkige stad. Alle vreugde is verstomdallo moed benomen. Met al mijne warme Duitsch-patriollische gezindheid, heb ik toch medelijden met «lil volk; want zijne houding sedert zijne nederlaag is veel waardiger, dan ten tijde zijner overwinningen. Het valt niet te ontkennen, dat deze bowoners van Boven-Italie in gezind heid en handelingen krachtiger en meer volhardend zijn, dan de meer verwijfde en onderdanige bevolking van Na pels, Rome en Toscane. Zij zijn niet zoo innemend als de bewoners van gene zijdo der Appenijne», doch ernstiger en dugolijkcr en met geringe mooiio merkt men onder de Lom barden do vermenging van den bewoner van het Zuiden met het Germaanscho bloed in al zijne karaktertrekken op. Te Napels en te Florence zou hel verwijfde volk den sterken overwinnaar gewis genaderd zijn om hem te winnen en zich met hem te verzoenen. Hior blijven de zwijgende trots, de diepe haat tegen Oostenrijk met eene volharding en eens gezindheid voortduren, die inderdaad ontzag inboezemt. Naauwelijks het derde gedeelte der 40,000 uitgewekene Milanezen is teruggekeerdniettegenstaande dit zonder ecnig gevaar kan plaats hebben. Radetzhy heeft nog gocne en kele in-hechlenis-nemiug, wegens het vroeger voorgevallene doen plaats vinden; onder de troepen heerscht eene uitmun tende krijgstucht, cn do gestrengheid van den krijgsbevel hebber bepaalt zich slechts bij hen, die wapens verborgen of die «lo vroegere beleedigingcn wegens het roeken van si garen weder hernieuwen willen. De vijandige stemming ij ft niettemin dezelfde; do gevlugle adel versmaadt alle amnestie; velen die bij den inlogt «lor Oostenrijkers «lo stad niet konden verlatenwegens bijzondere belangenzijn se dert dien tijd uitgeweken. Waar zich Oostenrijkers verioo- ncnverwijderen de Milanezen zich met een ernstig gelaat. De schouwburgen worden alleen door Oostenrijksche militai ren bezocht, die de schoone danseressen to vergeefs met bloemen bestrooijen; do door üuilschers bezochte koffijhui- zen worden door de Italianen gemedende kooplieden wil len met Oostenrijk geenen handel meer drijven, hoewel er aan sommige artikels, b. v. wollen dekens, groot gebrek is; de bankiers van Milaan hebben hunne handelsbetrekkin gen met Duitschland afgebroken en verder alle crediet op gezegd. De haat gaal zooverre, dat een Duilschcr, die ee- nen bedelaar een' aalmoes geeft, daarvoor zelden eene dank betuiging of een vriendelijk gezigt ontvangt, hoewel de ga ve aangenomen wordt, daar de ellende door het uitwjjken «Ier rijken tot eene ongeloofelijke hoogte is geklommen. Nooit neemt een Milanees zijn' hoed af, wanneer Radetzhy of de zonen van den Onderkoning Reinier met een' schil- terenden stoel door de straten rijden. Een koude onverzoen lijke haat staat op elks gelaat lo lezen. In een woord, Mi laan is voor de Duitschers de drukkendstepijnlijkste verblijf plaats geworden en naar onze meening is het hoog tijd dat men zich met dit volknu do eer dor Oostenrijksche wa penen zoo schillerend hersteld is, op eeno minzame wijze versta, liet bezit van Lombardijo is oruler «leze omstandig heden voor Oostenrijk een last, eene wonde. Er zal altijd een talrijk leger noodig zijnom deze provincie tot trouw lo dwingen. In het waarachtig belang van Oostenryk en Duitschland zou het honderd maal beter zijn, Lombardije vrij to laten, onder voorwaarde dat het een gedeelte der staatsschuld overneme, in het beslaande tolverbond blijva deelnemen en zich niet met Piemont veroenige. HAMBURG, 10 Oct. Zoo even ontvangen wij het berigt; dat te Lubeck gisteren avond onlusten uitgebarsten zijn. De aanleiding hiertoe was, dat de zoogenaamde inwoners van do in de gereformeerde kerk vergaderde burgers gelijke reg- ten verlaDgden. De deputatie verwijderde zich niet voordat zij het stomregt voor alle inwoners verkregen had. Volgens do Börsenhallt werd ten 10| ure alarm gesla gen cn scherp geschotenwaarbij een matroos moet geble ven zijn. Eerst des morgens ten 3 ure herstelde do gewa pende raagt de rust. Volgens eenen thans bekend gemaaklen staat van het verlies aan manschappen, in den jongsten strijd tusschen de Duilsche en Deensche troepen, zijn in het geheel aan de zijde van eerstgenoemden gesneuveld 114 man, waaronder 8 officieren, gekwetst 726 man, waaronder 47 officieren, buitendien worden omtrent 100 man Termisl. LONDEN, 10 October. Te Birmingham is dezer dagen overleden Mej. jirmitagedie zich als reuzin op kermissen liet zien. Zij woog 631 ponden en had den ouderdom van 30 jaren bereikt. Acht doodgravers waren niet in staat het lijk te dragen dat alsloen op eene slede naar het kerkhof is gevoerd, Volgens do Ralifax Sun bestaal het voornemen, om over do Niagara tegenover Queenslown eene tweede hangende brug to leggen; op dat punt heeft do rivier eene breedte

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1848 | | pagina 2