kwest .iau de Tweede Kamer der Staten-Generaal inleverde tot ondersteuning van liet voorstel der negen mannen. Maar hoe verschijnt hij thans iii de Dubbele Kamer? Flaauw, onver schillig, zonder warmte van overtuiging. Do oorzaak van do ontevredenheid der volken zat elders dan in de grondwet, die hij bij eene oude rok vergeleek, en hij zoude de wetten allen aannemen, omdat de nieuwe rok hem heter seheen te bevallen. Als hij moest medewerken tot de uitvoering der grondwet, wij zouden vreezen dat hij met dezelfde onverschilligheid zou toezien of de naden die nu nog los gehecht zijn, goed onste vig iuccugcnaaid werden, of dat de rok geheel verknoeid werd. Da Heer Mr. J. Kluppel zal ook de man onzer keuze niet zijn. ZEd. geniet als president der reglbaukals dijkgraaf van lloudsbosscheen in het bestuur der Zijpe zeer veel ach ting, en zijn gemis zou in die en vele andere betrekkingen diep gevoeld worden, wanneer hij maanden lang zich te's Da ge moest ophouden. Zijne bekende humaniteit hebben hem bovendien vele vrienden doen verwerven. Maar welke zrjn zijne politieke beginselen? In den stroom der gebeurtenissen zijn zijne beschouwingen, gelijk die van zooveleu gewijzigd en, naar men ons medegedeeld heeft, zou hij de wijzigingen der grondwet hebben aangenomen en daarin volkomen berust heb ben. Is het echter een man van eenige politieke overtuiging? Waar en wanneer heeft hij zich als zoodanig laten zien Heeft hij iu 1844 ook zijne adhaesie aan het voorstel eener ruime herziening geschonken? Heeft hij anderen opgewekt om voor hunne gevoelens uillekomen? Neen hij lieeft nimmer behoord onder hen, die voorgingen, maar onder hen die medegingen, naarmate de heerschende opinie voorwaarts ging. Omtrent den Heer Koorii wordt ons verzekerd, dat hij zeer waarschijnlijk de kandidatuur niet zal aannemen. Wij kunnen dus volstaan met de opmerking, dat wij zijne voorstelling lot kandidaat meer als eene hulde van persoonlijke achting beschou wen dan als een ernstig gemeend kandidaatschap daar de Heer JXoorn op het politiek terrein zich voorzeker nog veel minder dan de Heer Kluppel heeft laten zien. Er blijven dus nog over de Hceren 5". A. de Moraaz en JG. A. Ferhoeff. Van beiden zijn sints eenige jaren de politieke gevoelens bekend. Ka het voorstel in 1844 was hij de eerste, die uit Alkmaar een request aan de staten generaal rigtte, dat toen in sommige dagbladen is opgenomen, waarbij li ij verzocht het «voorstel van den heer Thorbecke in het belang van kroon en vaderland met de mcost gewenschte een stemmigheid aantenemen en daardoor bij do regering, die in deze wel ter goeder trouw op een dwaalspoor zijn zal, nopens hetgeen zij voor het heil van den slaatdat levens het heil in zich bevat van het stamhuis «lat ons regeert, nuttig en noodig acht de innerlijke en waarachtige overtuiging te doen wortelen eene overtuiging zonder welke niets kan worden gesticht dal aan spraak op heilzaam en nuttig kan maken, dat in waarheid in deze dagen van kalmte en rust aan do reglmatige niet over dreven of der tweede kamer afgedwongen, maar veeleer beza digde en zonder het opwekken van onedele driften en hartstog- teu geuite verlangens tot wijziging onzer staatsinstellingen kan worden gehoor gegeven."" Ook thans weder rigtte hij zich op nieuw tot de Tweede Ka nier bij een uitvoerig request, dat iu de Arnhemmer courant van den 13 Julij is opgenomen en denzclfden loon van krach- tigen doch gematigden vooruitgang ademt. Het heelt zeer weinig verdiensten thans nu en Koning en Regering cn het gros onzer medeburgers openlijk voor regt- streeksclie verkiezingen en zoo vele andere regteu zij li gestemd daaraan thans zijn zegel te hechten maar meer zedel ij ken moed behoorde daartoe in de eerste maanden van 1845 toen een zwart boek geopend lag, oin de namen te opleteekenen van ben, die het waagden openlijk voor hunne overtuiging uittekomen. Hier aan kent men den man van beginselen, den man van karakter. Yan zulk een man mag men verwachten, dat hij evenmin om ministriële gunst of ongunst, als om eene ij dele populari teit zijne overtuiging als lid der Kamer zal ten offer brengen, tn dal hij met opregtheid zsl cu kan medewerkenora de vrij zinnige strekking der grondwet door de wetten, die de uitoefe ning zullen regelen, te doen eerbiedigen. Ook de Heer Ferhoeff heeft iu 1845, weinige weken na den Heer cle Moraazzich bij requeste aan de Staten-Generaal ge wend, met den wensch dat eene ruime herziening tot stand ge- bragt mogt worden. Of aan dat request ook iu de dagbla den vau dien tijd eenige openbaarheid is gegeven, is ons onbe kend. Wij hebben er te vergeefs naar gezochtzijne vrijzin nige gevoelens zijn dus evenmin als bij den Heer de Moraaz hem aangewaaid, nadat de wind uit liet Hof en van de minis teriel! komende, zooveleu liberaal gemaakt lieeft. Wanneer men ons de vraag wilde doen, waarom de Hoer de Moraaz en niet de Heer Ferhoeff aanbevolen? Wij zouden kunnen antwoorden, dat daar men slcehts één kiezen kan, de ander altijd buitengesloten zal moeien worden, en de aanbeve ling van twee niets anders dan tol eene Terdecling van stem men en daardoor lot eene mislukking der verkiezing leiden zal. Wij gelooveu dat tussch cn dczcbeidcii de Heer de Moraaz door meerdere bekendheid bij velen in de onder-districten meer kans tot slagen hebben zou eu radon dus ieder, zijne keuze op hein te vestigen. Uit de voorgestelde kandidaten zalverwachten wij de keu ze zich lusschen <1 e Heeren van Leeuwen ewS.A de Moraaz, voornamelijk verdeeleti, wat daar buiten stemtzal waarschijn lijk verloren zijn. Zij die tegen regtstrecksche verkiezing zijn en eeneu hoogen census wenschen om het kwaad, dat zij vreezente voorkomen die legen liet regl van vereeniging lijn ingenomen en verlangen, dat de wel door moeijelijkhcdenformaliteiten en belemmerin gen, datregt «al beperken tot een bloolcn klank die van do vrij heid der godsdienst noodlottige gevolgen verwachten zij zullen den Heer van Leeuwen beliooren te kiezen maar zijdie ecue ruime ont wikkeling van wat vrijzinnig in de grondwet ligt opgesloten, verlan gen zij tullen zich op den Heer de Moraaz moeten vereenigeu. Per soonlijke voorliefde, persoonlijke afkeer behoort hior te zwijgen. Onverstandig, ja berispelijk handelt hij die, wetende wal hij doet om zulke redenen eeneu vertegenwoordiger kiest wiens beginselen hij afkeurt. PUBLICATIE. BURGEWEESTER en ASSESSOREN der Gemeenlo Helder, maken hij deze, ter voldoening aan de resolutie van Hee ren Gedeputeerde Staten der Provincie Noord-Holland, dd. 15 November jl. No 11aan de belanghebbenden bekend: lo. Dat de lijst van hen, die naar art. 14 van het voor- loopig Kiesreglementuit de Provincie Noord-Holland verkiesbaar zijn lot Afgevaardigden voor de Eerste Ka mer der Staten-Generaalbevattende de namen en woon- plaalscn van 156 Personen, Ingezelenen dezer Provin ciedoor Heeren Gcdeputeerde-Slaten is vaslgestcld en geslolen. 2o. Dat gemelde lijst ter Secrelario dezer Gemeente ter algemeeno kennisneming is gelegd en de kicsbevoegden worden uit genoodigd daarvan inzage te komen nemen. HELDER den 16 November 1848. Burgemeester en Assessoren voornoemd J. IK 'TVELT. Ter ordonnantie van dezelve, J. SCHOON, Secretaris. PUBLICATIE. BURGEMEESTER en ASSESSOREN der Gemeente Helder, maken bij dezeter voldoening aan eene dispositie van Z. E. den Hccro Slaatsrand-Gomcrncur der Provincie Noord-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1848 | | pagina 2