Transport I ƒ4601.001. want toch hier is do kwestie niet van hetgeen liet Al gemeen Armbestuur op zichzelf ten behoeve der Al- gemeene Armen heeft uitgegeven, maar wat hot Ge meente-Bestuur in Totaal in bedeeling voor dezelve heeft verstrekt. Wanneer men nu daar tegen stelt, het Totaal van hetgeen door het tegenwoordig Algemeen Armbestuur voor bedeeling over 1848 is uitgegeven ad 4495.46, dan blijkt, dat in plaats van aanzienlijk meer, zoo als de S. het wil doen voorkomen, het tegenwoordig Algemeen Armbestuur minder hierop heeft uitgegeven de som van105.54£. In de derde plaats wil de S. uit deze zijne zoo bewezene on ware bewering afleiden, dat aan de oude en gebrekkige mannen en vrouwen het bedelen wel zoude hebben kunnen worden belet. Bedoelt de S. hier dc openbare bedelarij, dat is: afsmeeken en afpersen van giften of aalmoezen, langs de publieke straten van den voorbijganger, dan durft het Algemeen Armbestuur beweren, dat zulks, welligt op zeer enkele uitzonderingen na, in deze Ge meente geen plaats vindt; vreemdelingen van allen rang en stand in de Maatschappij, gaven hunne verwondering, hunne hoogste te vredenheid aan vele Leden van het Algemeen Armbestuuraan on derscheidene ingezetenen dezer plaats te kennen, dat zij ten deze niet lastig gevallen werden. Heeft hij echter op het oog, de bedelarij aan de huizen, deze bestaat inderdaad, doch is in deze Gemeente eerder liet afhalen van vaste maand- of weekgeldenen geheel afhankelijk van den wil der ingezetenenmaar mag zoodanige bedelarij eene beschul diging tegen het Algemeen Armbestuur uitmaken? Gewis" neen! Want het is buiten magte, dezelve te keeren, en al kondc het zij ne armen en behoeftigen nog zoo ruimschoots bedeelen, zoolang er werkelijk milddadige meDsehcn gevonden worden, die wanen dat zij weldoen, met uit hunne huizen te geven; zoolang er anderen blijven bestaan, die zulks doen uit zucht tot uiterlijke praalvertoo- ning van zoogenaamde liefdadigheid, waaraan zoo goedkoop, kan wor den voldaan zoolang er wederom anderen zijndie zulks volhouden uit weerzinmistrouwen, nijd en afgunst, tegen bestaande instellingen tot verzorging van armen; in één woord: zoolang men aan de huizen, aan armoede, waaronder dikwerf schijnbare gevonden wordt, geld wil geven, zal het metaal altijd met graagte afgehaald worden, en is noch Armbestuur, noch Policie bij magte, zoodanigo bedelarij te keeren. Vereeniging van alle giften, van alle middelen waardoor het verschaffen van arbeid aan hen die werken kunnenbehoorlijke ver zorging van gebrekkigen en hoogbejaarden; doelmatige opvoeding en opkweeking van de jeugd, mogelijk zal worden, is het eenigste middel om het met reuzenschreden toenemende pauperisme tegen te gaan cn daadwerkelijk de armen to kunnen helpen en van nut zijn. In de vierde plaats kan S. zich den gunstigen geldelijken toestand van de Werk-Inrigting niet voorstellen, zonder aan eene misreke ning te denken. Is hij welligt bekend met de énorme kosten welke eene soort gelijke, alhier vroeger bestaan hebbende inrigting aan het Gemeen te-Bestuur heeft veroorzaakt, cn wil hij zulks in vergelijking bren gen met de tegenwoordige, dan is zijne twijfeling eenigermate te vergeven, en mag men ter zijner verontschuldiging wel evenzeer alhier de kosten dier "VVerk-Inrigting openbaar maken, als zulks bereids van de tegenwoordige is geschied. Volgens opgaven uit de vroegere Armen-administratieheeft de vorige Werk-Inrigting, ten koste van het Gemeente-Bestuur ge dreven, over de navolgende jaren, de daarbij vermelde Uitgaven gevorderd, als: Over 1S43 2997.62. 1S441899.92$. O 1845 699.89. Tezamen 5597.43$. Daarvoor is terug ontvangen Over 1843 844.56. 1844 493.00. 1845 4S0.00. Totaal af te trekken van de Uitgaven 1817.56. Blijft ."ƒ377917? nadeelig slot over 3 jaren en alzoo door elkanderen geslagen per jaar'1259.96, zonder dat zulks van gunstigen invloed schijnt geweest te zijn op de bedeelingen, alzoo deze over dezelfde jaren hebben bedragen, als volgt: Over 1843 5206.50$. 1844 3837.79. 1845 5208.44$. Tezamen .ƒ14312.74. Alzoo gemiddeld per jaaru 4770.91, terwijl dezelve over het voorafgaande jaar 1842 slechts hebben bedragen-....* 4057.05. over het eerst daaraanvolgende jaar 1S47 4361.30. cn over 1848 4495.46. Zoodat niettegenstaande de bovenstaande jaarlijksche aanzien lijke opoffering voor de vroegere Werk-Inrigting ad ƒ1259.96 de bedeelingen gedurende de jaren van haar bestaan, de hoogste zijn geweest over een tijdvak van zes jaren; een aanmerkelijk ver schil voorwaar, bij den tegenwoordigen stand van zaken, cn toch kunnen wij den belangstellenden S. gerust stellen door de verze kering, dat er geene misrekening bestaat, daartegen waarborgt bovendien de geverifieerde en goedgekeurde Bekening en Verant woording, en is ook nog de weg tot overtuiging opengesteld en aangewezen. In de vijfde plaats betwijfelt de S. of de onkosten van het voorbereidend werk in 1847 geïmpendeerd voor bet touw, in 1848 verplozenwel in aanmerking genomenof het overgenomen touw wel is gebruikt en of dc kosten van de spijze der arbeiders wel is afgetrokken. Wanneer dc kosten van het voorbereidend werk niet in 1848 waren af getrokken, dan inderdaad zoude de stand van zaken al te gunstig zijn voorgesteld, of er opzettelijk eene valsche rekening zijn ge maakt; dit touw is echter bij taxatie naar dc waarde, volgens Pro ces-Verbaal bij het Gemeente-Bestuur berustende, overgenomen van dc vorige Werk-Inrigting Loon voor Werk, en bij opmaking der rekening over 1848 zijn wel degelijk deze zelfde waarden afgetrok ken van de waarde des voorraads welke voorbanden was; zoodat dit touw gebruikt, cn geenzins renteloos is blijven liggen, doch de waarde daarvan in ander touw en fabrikaat aanwezig gebleven, en dus in geenen decle geabsorbeerd onder de uitgaven van 1S4S; do S. is voorts deerlijk in dc war met zijne opgegevcne cij fers van dc waarde van het overgegeven touw, van de voorhanden contanten en van de nog te ontvangene gelden voor afgeleverd fabrikaat, enz. Is de S. zoo als rnen uit zijne opgaven zoude moe ten veronderstelleninderdaad bekend met de administratie der vroegere liefdadige Werk-Inrigting Loon voor Werk, dan is de op gave zijner cijfers opzettelijk verkeerd of althans niet ter goeder trouw; is hij cr niet mede bekend, dan is hij slecht ingelicht, en heeft men licm de cijfers opgegeven zoo ak die voorkomen op de Bekening en Verantwoording op 5 Augustus 1847, in eene alge- mccne vergadering afgelegd, en vergeten in het oog te houden, dat er aan het voorbereidend werk is doorgewerkt tot 24 Decem ber 1847, cn daardoor de sommen der Bekening en Verantwoor ding voornoemd, bij de overgifte op 27 daaraanvolgende, aanmer kelijk moesten zijn veranderd; dc S. heeft alzoo onvoorzigtig ge-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1849 | | pagina 6