P ar ijzer Feesten in 1793 en 1794. de Staten, door den druk en bij aanplakking bekend gemaakt werd. Ik maak hiervan geene grief tegen het gemeentebestuur van Schagen in het bijzonder, want de kwaal is vrij algemeen. Ter» wijl voor het geheele land geen wet gemaakt wordt, of ieder be langhebbende is ruimschoots in de gelegenheid zijne belangen aan de Tweede Kamer kenbaar te maken, beknutseien de gemeente besturen de plaatselijke belangen in het geheim, zonder de gele genheid te openen, zich door de ingezetenen te laten voorlichten. Het derde en voornaamste punt, dat mij de aandacht op deze zaak deed vestigenis het monopolie van de beurt- en veer-schepen. Misschien klinkt eene betuiging, dat ik dat monopolie voor on wettig houd, zeer aanmatigend en verwaand, nadat zoo vele reg- terlijkc gewijsden tot zelfs van den Hoogen raad dat monopolie hebben gehandhaafd; en toch wil ik mijne overtuiging niet ver zwijgen. Zoolang men mij toegeeft, en dit wordt, meen ik, algemeen gedaandat de plaatselijke besturen niet bevoegd zouden zijn, om de gilden weer in het leven terug te roepen, omdat zulks in strijd zou zijn met de wet op de patenten, erken ik, dat het voor mij ne bevatting tc hoog is, waarom het gild, of het monopolie der beurtschippers daarvan alleen is uitgezonderd. In vroegere tijden was het monopolie van de beurtschepen volkomen consequent. De gemeentebesturen bepaalden het getal bakkers en slagers, ca re gelden de voorwaarden, om bakker of slager te worden; waarom zoude men ook niet het getal schippers bepalen, die van hiernaar elders de goederen voor het publiek zullen vervoeren? Doch hoe men thans nog voor de schipperij die oude voorregten wil bewa ren, terwijl men alle andere industrien aan de vrije concurrentie heeft overgelaten, zou onverklaarbaar zijn, indien men niet wist, hoe lang een denkbeeld, waar het op gewoonte en oude instellin gen stuit, ook wanneer het als beginsel in den regel is aange nomen, werk heeft, om alle uitzonderingen te overwinnen. Dat het denkbeeldom de verschillende industrien aan de vrije mededinging ovcrtelatcn bij het varen in het veeren nog niet is kunnen doordringen, ligt misschien aan twee oorzaken. Vervolg hierna. F JB IT I L Ij E T O Nadat de Nationale Conventie eene nieuwe tijdrekening had ingevoerd besloot zij op den 24steu üe'.ober 1793 (8 Brumaiie jaar II) tot de viering van vijf feestdagen, die aanvankelijk de Sans Cuiottides genaamd wer den. Deze dagen waren gewijd aan de Deugd, liet Genieden Arbeid aan de Openbare Meening en aan de Belooningen. Op den 15den No vember [25 Brumaire, IIJ werd het besluit genomen, tot viering van bet feest der Bede, waaraan op den 21sten November gevolg gegeven werd. De zangeis en toonkunstenaars der groote opera vrerklen mede tot opluistering van dit feest, dat met eene hymne begon, waarvan het eer ste couplet, vrij gevolgd, aldus luidt: De logen, die haar schandelijk brandmerk drukte, Op 't zwart verleen, maar thans \oor waa> hcid zwicht, "Vliedt heen de slaaf, die blind voor dwaling bukte, Ziet zich bestraald o vrijheiddoor uw licht. Waar willekeur ten zetel was gezeten, Stijgt thans geregtigheidmet glans omstraald, ten troon Maakt plaats voor iiefde en vrijheid van geweten En 'i Godlijke in den menscli spreidt heerlijk zich ten toon. K O l)R. Eert de Bede en wijdt aan haar altaren Zij alleen is roem cn hulde waard; Volken komt u om haar standaard scharen Tot uw heil en tot geluk der aard B o bespier re zond eene verordening aan liet comité du sdut pu blic die het volgende behelsde: »IIet Fransclu volk erkent het bestaan van een Opperwezen en de on sterfelijkheid der z:-el en tevens dat de vervuiling der iiienschelijke pliglen eene der Godheid alleen waardige eeredienst is. De eerste dezer pliglen is de hut tegen de tuchtiging der dwingelanden. Er worden afzonderlij ke feestdagen ingesteld om den mensch te herinneren aan de Godheid en aan de Goddelijkheid der menschelijke natuur; die feestdagen zullen hun nen naam ontleenen aan de roemrijkste gebeurtenissen der omwenteling aan de lofwaardigste en verhevenste deugden, en aan de grootste welda den der natuur. De zondag is afgeschaft. Om de tien dagen viert de republiek feesten ter eere van liet Opperwezen, van de Natuur, van het Menschuoravan het Fransche volk, van de Martelaren der vrijheid, van de Vrijheid en Gelijkheid, van de Vaderlandsliefde, van den Haat der tyrannen en verraders, van de Waarheid, de Geregtigheidde Schaamte van den Roem, van de Onsterflijkheid, van de Nakomelingschapvan het Geluk, [het Noodlot] enz. enz." De feestviering ter eere van het Opperwezeo waartoe men ten gevolge dezer verordening besloot, hal iet groot praalvertoon plaats te Parijs op den Bsten Juoij 1784. Een a. phiteater met meer dan 2000 zitplaatsen was in de nabijheid tier Tuillcrien opgerigt. In eene der benedenzalen van het paleis vormden over do 800 tooukunstenaren het orchest; tegen liet middaguur verschenen de leden der Conventie io een blaauwen rok en korte geel ledeien broek; de president Ro h c s p i c r r e onderscheidde zich van de overigen door eenen violetkieurigen zijden frak: hij beklom de in het midden van het amphiteater opgerigle tribune en deed eene re devoering, waarin hij het volk inet de viering van het feest geluk wcnsch- te. »Is hel niet," sprak hij »het groote onbekende Weien, dat, terwijl het met onvergankelijke letteren de wet der Geregtigiuid en Gelijkheid in ons hart grifte, den overgang der dwinglandij beslist heeft. Is liet niet dat zelfde Wezen, dat van den aanvang der eeuwen of de Republiek, dat is de zaak der algemeene welvcaart grondvestte, en voor alle volken en alle tijden Vrijheid, Gelijkheid en Geregtigheid eischte? Grootmoe dig volk, wilt gij over uwe vijanden zegevieren, oefen dan Geregtigheid en dien de Godheid in geest en waarheid." Ilierop zong men de vermaard geworden hymne: Tére de 1'Univers, suprème Inlelligence. enz. Voor het amphiteater boven de met planken bedekte fonteinen verhiel zich een monument, in hetwelk alle, der openhare welaaart vijandige De mons eene plaats vonden. Aan het hoofd van allen was liet alheïsmus geplaatst. In zijn gevolg ontwaardde men de symbolische gedaante der Eerzucht, van het Egoïsmus, des Tweedragts, en der valsclie Eenvoudig heid, die, zoo als de steller van het feestprogramma opmerkte, door de lompen van hare ellende heen, de pracht deed schitteren, waarmede de slaven van het koningschap zich omgaven. Robespie r re stak de geheele groep in brand; het alheïsmus cn de andere symbolen werden door de vlammen verteerd; het standbeeld der Wijsheid, dat alleen had moeten gespaard blijven, werd door onvoorzig- tigheid mede eene prooi der vlammen. De feestviering werd vervolgens op het Veld van Mars voortgezet, ron dom het altaar des Vaderlands, en met een artillerie-salvo onder de dui- zendstemmige kreten van: »Leve de Vrijheid" besloten. Door een besluit van 'het wetgevend ligchaam van 12 Bruraaire IV [3 Nov. 1795] werd bepaald dat jaarlijks zeven nationale feesten zouden wor - den gevierd; op den Isten Vendiiniare, 12 September, het leest van de vestiging der Republiek; deu lOden Germinal hei feest der Jeugd; den lOden Floreal hel feest der Echtelingen, den lOden Pluvial Int leest dei- Dankbaarheid, den lOden Messidor dat van deu Akkerbouw, den Oden cn lOden Thermidor het feest der Grijsaards. Onder het consulaat werden door een besluit van Napoleon deze feesten afgeschaft, en op nieuw de Christelijke Godsdienst tot Godsdienst van den staal verheven, waardoor het »Domincmiserere meiweder door de tempels vad Frankrijk weergalmde. Diakonen der Henormdo Gemeente alhier zij bcrigl, dat iiet ingekomen stuk d.d. 29 Nov., niet ko-leloos in ons Weekblad kan worden opgenomen, omdat onze beschikbare ruimte zulks niet gedoogt, ongeacht dat de inhoud van het stuk, naar ons oordeel, in tegenspraak van (ie gegovene le- regtwijzing, niets bewijst, doch dat men niet ongenegen is, hetzelve ais bijvoegsel bij hel Weekblad te geven, tegen be taling der kosten. De twee Ongeteekendc slokken over den Schouw burte c O Alkmaar zijn ter zijde gelegd. Het ingekomen Dichtstuk Du Aalmoes, zal indien onze ruimte het toelaat, in hel volgende nuu mer geplaatst worden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1849 | | pagina 3