PUBLIEKE VERKOOPINGEN VANBOEKÜ, LIEFDADIGE W! mt MiiFHisiisEMsm LET WEL. aanging, ik was van mijne beide zakpistolen Toorzienen alzoo voorbe reid ging ik in de duisternis aan de deur der kajuit ritten den noodlot- tigen aanval, die over ons leven zou beslissen, afwachtende. Om ons onbekende redenen werd het uur, waarop de aanslag zou plaats hebben veranderd hetgeen onzen zedelijken doodstrijd verlengde elke minuut scheen ons een uur toe. Eindelijk omstreeks drie uren des morgens, zag ik twee mannen zich op het halfdek posteren vervolgens een derde op handen en voeten naar de kamer en onder cie tafel doorgaan en zich over den stuurboordsgang naar de achter-kajuit begeven. Hij had eene bajonet in de regter hand. »Er was geen tijd meer te verliezen. Ik riep hem toe »»stal Hij liep echter op mij toe, ik schoot mijn pistool op hem af, waarop hij dood nederieeg. Ik laadde onmiddelijk mijn pistool weder en klom naar het dek, gevolgd door degenen, die zich met mij in de kajuiten verborgen hadden gehouden. Daar komende bevond ik dat de matrozen het schip reeds in bezit genomen en de koers veranderd hadden, terwijl de wacht hebbende stuurman gedwongen was om aan het roer te staan. Ik eisch- te dat zij de wapenen zouden nederleggen waarvan zij zich meester had den gemaakt, en dat zij op den achtersteven bij mij zouden komen. Al len gehoorzaamden behalve degene, die het bevel over het schip op zich zou nemen en met cene banjonet en eenen grooten sabel gewapend was. Op de drie sommatien welke ik hem deed orn de wapenen neder te leg gen en zich over te geven antwoordde hij met zich op mij te werpen om mij vul het leven te berooven alstoen schoot ik hem een kogel door het ligchaam ten gevolge waarvan hij bij den grooten mast dood neder- viel. Wij maakten ons toen, zonder een oogenblik te verliezen, van de twee belhamels meester, en zetten hen beiden gedurende de reis, welke verder niets merkwaardigs opleverde, afzonderlijk in de ijzers. Te Hong kong aangekomen, leverde ik de schuldigen aan het geregt over." ZACHTE WINTERS. Het verschijnsel, dat na een langdurigen winter van het vorige jaar, de opvolgende zich door buitengewone zachtheid onderscheidt, is niet vreemd, gelijk wij met een paar voorbeelden uit de vorige eeuw zullen bewijzen. De winter vaa 17541755 was langdurig en streng, zoodat men van Deventer schreef: »de lange brug oyer den IJssel die hier om de vorst den eersten dag dezes jaars werd weggenomen, is door den lang aanhou denden winter niet eerder weder gelegd dan den 13 van Lentemaand hetwelk meer dan tien weken belemmering in het passeren over den IJs sel veroorzaakt heefteen geval, waarvan sedert het jaar 1709 geen voor beeld is. De Orerijsselache en Friesche veerschepen kwamen den 23 Maart eerst te Amsterdam aan. (Nederl. Jaarb. 1755). Het volgende jaar wordt gemeld: zoo langdurig de vorst was in den winter van verleden jaar, zoo gering is dezelve du geweest, en in het thans verloopen winler- saisocn, dat in deze lentemaand zijn einde neemt, is de lucht zoo zacht geweest, dat, zoo lang men het winter heeft moeten noemen, zooveel ijs niet gezien is, dat er eene hen over zou hebben kunnen ioopen en de weinige nachtvorsten die men gehad heeft vertoonden de wateren niet zoo gestremd of de zachtheid der lucht des daags deed alles weder ver dwijnen zoodat wij niet behoeven te herinneren, dat de vaart in liet feheel door geen ijsgang tot stremming der wateren is belemmerd gewor den." (Nederl. Jaarb. 175G bl. 426). De strenge en langdurige winter van het jaar 17941795 is nog in het aandenken van sommigen. Hij maakte den overtogt der Fransche le gers /over onza rivieren gemakkelijk. De volgende van het jaar '1796 was fles te zachter. »Vele zeer zachte winters heeft men ondervonden meldt de Konst- en Letterbode, 5den Februarij) doch geene maand Januarij zal gelijk zijn aan de laatst afgeloopene; geen nachtvorst zelfs en geen sneeuw, en eene zoodanige maat van warmte, dat op den 31 Januarij open Rensche bloesem in de open lucht is gezien en dat meer dan ééne soort van bloemen zoo als paardebloemen madelieven enz. in het veld hier en daar bloeijen." "Vervolgens wordt opgegeven (12 Febr.) adat op 15 Jan. twee vroege tulpen in vollen bloei van den open grond zijn afgesneden en dat men er meer zou hebben kunnen snijden." Ook wordt er medegedeeld «ren versje, dat op den 8 Jan. 1796 door een boer van even buiten Haarlem met een schaapje van graasde boter aan zijne klan ten present gedaan werd De vruchtbre hemeldauw gaf aan Natuur het leven Tot in het barst' saisoen, het guurste jaargetij. 't Was onder Wijk aan Duin. Wie vond hel ooit beschreven, Dat men in Loumaand zag het melkvee in de wei? Wie mogt in dit gewest dit meer dan nu aanschouwen? Ik denk en wel met regt voorzeker niemand niet. Laat dit, o sterveling, u steeds op God doen bouwen, Verheugen, wen ge, als nu, Zijn Alvermogen ziet. In een behoeftig huisgezin aan den Helder, werd ho- den nacht het zevental kinderen met één vermeerderd. De vader is geheel zonder vordienslon. Het gezin is het me delijden van anderen ten volle waardig, en wordt thans den mcergegoeden minzaam aanbevolen. Nadere informatien te bekomen bij J. KOORN en L. VERHEIJ, aan den Helder. Helder, 25 Januarij 1851. SSbuer-tgnticn. Ondertrouwd A. MANHEIM Mz. met R. WALLACH. Helder, 26 Januarij 1851. 's Graveuhage is ongetwijfeld eene dier plaatsen, welke bet beste geschikt is tol den voordceligen verkoop van BIBLIOTHEKEN, en alles wat tot kunst of liefhebberij betrekking heeft. Do ondergeleckendedie zich sedert een aantal jaren op Publieke Ferkoopingen van dien aard heeft toegelegd, en thans daartoe op nieuw is ingcrigt zal in den loop der maand Maart of April eene vrij aan zienlijke boekverkooping houden. Zij die van deze ge legenheid gebruik willen maken, om zich van cene Bi bliotheek to ontdoen, hetzij dat dezelve van mindero of meerdere uitgebreidheid is, gelieven zich mol franco brie ven aan den ondergeteekende te adresserenen zullen daar op onmiddelijk omtrent de voorwaarden? als anderzins, worden ingelicht. s GraveuhageJanuarij 1851. K. FUHRI. Uit de hand te koop: eene aanzienlijke partij EIKEN-, GREENEN-, TIMMER- en BRANDHOUT, afkomstig van het gesloopt wordende Fregatschip de Zaanhetwelk is liggende in de Binnenhaven. Nadere informatien zijn te bekomen bij den Heer A. WALLIN, en aan boord van bovengenoemd schip. NB. Het hout ligt tol vervoer zeer goschikt. Beste ANSJOVIS, a 80 cent de 100, ver- krijgbaar bij P. GOES. Nieuwbdiep jij g. bakker bz. gedrukt bij s, giltjej.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1851 | | pagina 4