WEEKBLAD ra
IIELDEli bs HET MiSUWEUIEP.
r. 15.
i85ï.
Ontwerp van wet tot heffing een er
belasting op de renten van kapi
talen, niet bestaande in onroe
rend goed, noch aangelegd
tot eenigen tak van nijver
heid.
BfEGEXDE -3AAUGA.KG.
Dit Weekblad wordt eiken Maandag-morgen
uitgegeven bij C. BAKKEB sBz te Nieuwe Diep
De Prijs is 80 Cts. in de drie maanden en voor
de buitensteden franco per post 90 cents. Men
abonneert zich bij de Boekhandelaren en Postkan-
toren zijner woonplaats.
MAAIB AG
,gen Go
ADVEBTENTIEN gelieve men ongezegeld aan
den Uitgever in te zenden uiterlijk Zalurdags dt*s
middags teu 12 urede prijs van 1 tot 4 regels
is 60 centen voor eiken regel meer 15 centen,
behalve 35 centen zegclregl voor ei&t j laatsing.
X F R I li.
STAATKUNDIGE BESCHOUWINGEN, YEKTOOGEN enz.
Deze nieuwe belasting, waardoor bet verlies, dat de schatkist bij
de opheffing van den accijns op de turf en steenlcolen zou lijden,
gedekt moet worden, bestaat in eene heffing van drie percent op
de renten.
lo.
2o.
3o.
der Nederlandsche staatsschuld;
van geldleeningen, ten laste van zedelijke ligchamen, op
da uitdcelingen van winst van commanditaire vennootschap
pen of van naamlooze maatschappijen;
op de renten en inkomsten, door ingezetenen van het rijk
in Europa te trekken uit buitenlandsche effecten en goe
deren, op de renten van beleeningen, inpandnemingen en
uitgezette kapitalen.
De Kegering merkt opdat de renten der kapitalen in vaste goe
deren bestaande, met de grondbelasting zijn bezwaard, dat die in
industriële ondernemingen zijn gestoken, door bet patcntregt getrof
fen wordenen aebt het dus niet onbillijk'dat andere kapitalen
noch in industriële ondernemingen, noch in vast goed belegd, ook
hunne renten met eene belasting zien bezwaren.
Dus voorgedragen beeft de belasting een schijn van billijkheid
vóór zich, doch indien men onderzoekt, wat inderdaad het gevolg
der belasting wezen zal, dan blijkt zij minder aanbevelenswaardig.
Wat toch is inderdaad de belasting op de renten der Nationale
schuld anders dan eene willekeurige korting van de vordering der
crediteuren met drie percent. Neemt men bet beginsel aan, dat
de Staat onder den vorm van belasting, bevoegd is, minder tc be
talen, dan liij schuldig is, waar is dan de grens, waarbij men zal
ophouden
De grondbelasting ten behoeve van liet rijk bedraagt omstreeks
12jr percent van het belastbaar inkomen; men zal dan niet meer
dan consequent bandelen, door ook de belasting op de renten zoo
ver op te voeren, betgeen een inkomen van omstreeks vier millioen
zou geven en dus voor de schatkist zeer aannemelijk is. Ware de
schuld opzegbaar, wij zouden ons er eerder mede kunnen vereeni
gen; doch dit niet zoo zijnde, drukt de belasting niet op de ren
ten, maar op den tegenwoordigen houder van liet kapitaal. Bestaat
eenmaal de belasting, dan is zij voor ieder volgenden houder geen
bezwaar, want hij weet, dat liij drie percent minder ren
ten zal ontvangen en besteedt dus bij den aankoop drie percent
minder voor het kapitaal. Ofschoon voorgedragen als eene belasting
op de renten, is liet inderdaad eene korting van drie percent kapi
taal voor ieder, die schuldbrieven ten laste van den Staat in zijn
bezit heeft.
Een ander nadeel ligt in deze belasting, dat, wanneer de Staat
ter eeniger tijd geld noodig mogt hebben, hij bitter voor dien maat
regel zal bloedenwant de geldschieters berekenen niet alleen de
bedreigde korting, maar tevens den kans dat do Staat van drie op
zes percent kan komen, en overdrijven nog dio vrees, om des tc
meer te kunnen bedingen.
Met betrekking tot de schuldbrieven van den staat werkt de
belasting derhalve als een gedeeltelijk staatsbankroet.
Met betrekking tot andere geldleeningenwerkt zij ten nadeele
van den debiteur. In het algemeen is de debiteur de verlegene
man, die liulp zoekt, maar niet de crediteur. En liet gevolg
is dus, dat men direct of indirect zal zien bedingen, dat de 'd«-
biteur de belasting betaalt en men treft dus niet den rijken kapita
list, maar den meer belioeftigen industrieel, die het geld hoodig
heeft.
Dit schijnt de minister geheel uit het oog verloren te liebben
wat er tocli wel met die opgenomen geiden gedaan wordt. Indien
hij hierover had nagedacht, dan had hij alle renten van kapitalen,
aan particulieren voorgeschoten, moeten vrijstellen. Een paar
voorbeelden zullen dit duidelijk maken. Iemand, ƒ20,000 rijk,
rigt daarmede eene fabriek op. Hij is vrij van de belasting;
want, zegt de minister, uw kapitaal trek ik in liet patent. Een
ander, die slechts ƒ10,000 bezit, neemt nog even zoo veel op,
en vestigt eene gelijke fabriek en betaalt een gelijk patent.
Ook in dit geval is dus reeds van ƒ20,000 betaald; maar, omdat
liet nu niet geheel zijn eigen geld was, zal de tweede, of zijn
geldschieter bovendien nog eens van de voorgeschoten 10,000
gulden moeten betalen.
De een koopt uit eigen vast goed eene boereplaats van ƒ20,000
en hij is vrij van verdere belasting, dan de grondbelasting.
Een ander moetom dien koop te kunnen doende helft van een
ander opnemen. Hij betaalt dezelfde grondbelastingTnqar nu zal
er bovendien nog van de voorgeschoten LfyÖOO worden betaald/j
Er worden bijna nooit door particulieren kapitelen -ojigenomejf£>-
,'V