©cmcntjbc iSsvitjScn.
De Ongeluksvogel.
gegane jaren terwyl ook de invoer naar evenredigheid
loegenamen was.
Do Engelscho industrie-ridders schijnen begrepen te
hebben dat thanshy het bijzondere toezigt der politie te
Londen en het grooto aantal kunstbroedersdat van heinde
en ver naar Londen is gelogen de concurrentie voor hen
zwaar zal zijn en do zaken weinig voordeel zullen opleve
ren. Van daar, dat velen, wetende dat de meest gevrees
de Franscho agenten van politie zich thans mede te Londen
bevinden en buitendien het regt meencnde te hebben om
als Engclsche dieven op Fransch grondgebied te jagen, tijdens
do Franscho dit te Londen doen naar Parijs zijn algezakt.
Sommigen zijn daar reeds het slaglofler hunuer bedriegergen
geworden maar voornamelijk do Engelsche reizigerswelke
zich thans in die hoofdstad bevinden. In den regel zorgen
de dieven er voor, dat zij, als bij toeval, een hunner,
Teelal rijke landgenooten ontmoeten. Van een fatsoenlijk
voorkomen zijnde is de kennismaking spoedig aangeknoopt
gelijk dit meestal lusschen landgenooten in den vreemde
het geval is. Nu heeft do dief de handen ruim zij dine
ren en souperen te zamengaan des avonds uit, en de
treurige gevolgen voor den argeloozen reiziger zijn ligt te
vermoeden. Wegens afzetterij op deze wijze gepleegd
zijn resds verscheidene aanklagten gedaan.
Burgerlijke Stans! van 2-1 31 Mei
1851.
GEHUWD: L. A. Nedcrhauscr en A. Klaasse. C. Kales-
hoek en M. E. Rover. J. Terbeek en M. G. Witte. L. C,
Obbelaar en M. M. Eaasen.
BEVALLEN: A. Hoeksel geb. Burgers Z. J. J. Giltjes
geb. Jonker Z. A. C. Kikkert geb. Rijkers Z. G. C.
Grooff D.
OVERLEDEN: N. London 27 j. E. M. Helgring 5 m.
Ambtshalve ingeschreven: 1.
Het 2e gedeelte der schilderijen uit do galerij van wijlen
Willem II zal in Sept. in den Haaag publiek verkocht wor
den. De heer van Twist is den 16n April Ie Aden, aan
de kust van Arabio, aangekomen. Hel comité van defensie
heeft eene vergadering gehouden, in presentie van prins
Frcderik. In Edam liggen 150 personen aan de kinder
ziekte. Z. M. heeft eene commissie voor liet staatsexa
men benoemd met Modderman aan 'l hoofd. Aangeboden
een remedie tegen uitslag en jeukte door van den berg, te
lloorn. Do luit. gen. jhr. W. F. Boreelgrootmeester
van het huis der Koningin, is onverwachts overledenterwijl
hij met H. M. naar Zwitserland op reis was. Frankrijk
Oostenrijk en Spanje willen Dona Maria op den Porlugeschen
troon handhaven. De Pauselijke troepen zijn lot op een
afstand van 40 mijlen uit Rome verwijderd, tot voorkoming
van vechtpartijen met hunne Franscho wapenbroeders. Te
Batavia zal een monument opgerigt worden voor den bij
Balie roemrijk gesneuvelden gen. majoor Michiels. Op lil
een Nederrijnschhollandschsehuücrsfeest voor handboog en
buks, te Kleef. 9 Junij, Volksfeest te Haarlem; 14 id.
zeil- en roeipartij lo Amsterdam 25 id. Maskerade van Ulrcchl-
sche studenten in 8 groepen. De Koning vertrekt morgen
uit de residentie naar het Loo. Te New-Orleans heeft
den 4n Mei zulk een geweldige onweershui gewoed dat de
stad bijna geheel onder water was. De naturalisatie in Neder
land gaat voorheeldeloos. 440 kannen palentolie zullen
a.s. winter noodig zijn om licht te geven in hel departe
ment van marine. Prins Hendrik doet eene reis door de
voornaamste steden van Engeland. De wereldtentoonstel
ling werd den 27n Mei door ruim 30,000 personen bezocht.
De H. Vader verlangt eene Oostenrijksch-Napelsche be
zetting in zijne residentie doch Engeland en Frankrijk heb
ben zich daartegen verzet. De Circassiers willen met
nieuwen moed den oorlog tegen keizer Nicolaas hervallen.
^Koning Leopold weigert het ontslag zijner ministers aanlene-
men. De Eerste Kamer zal den lOn Junij hare zitting
hervallen.
rEFiiDEroj*.
Het was, geloof ik, in 1828 zoo verhaalt zekere koopvaardij
kapitein dat mij nog één man voor mijne equipagie ontbrak en men
kon toenmaals te Brest moeijelijk werven omdat er veel volk voor de
zeedienst gewapend werd. Het gelukte mij intusschen toch eindelijk
eenen matroos aan te nemen en daar ik doorslaande blijken van zijne
geschikt- en bekwaamheid ontving hem als equipagie-meester op mij
nen bodem aan te stellen. Zijn naam was Ulrich en zonderling was
het, dat hij, toen ik hem wilde huren, zei«ie dat hij zich wel
moest verhuren omdat hij schuld in zijne slaapstee had die hij anders
niet kon betalen maar dat hij het mij afried hem te nemen. Toen ik
hem vroeg, waarom niet, zag hij mij medelijdend aan trok de schouders
op en sprak geen woord. Ik sloeg hierop verder geen acht en ik leerde
hem aan boord als een zeer geregeld mensch kennen die nimmer aan
wal kwam maar na afgedaan werk in de bezaans-kabelpoort ging
zitten en daar soms geheele uren afgetiokken en zwijgend bleef. Pe
manschap, die hem als vuur vreesde, noemde hem den ongeluksvogel.
De lading ingenomen hebbende ging ik den 21 November onder zeil en
stevende naar Buenos-Ayres. Tegen den avond nam de wind hand over
hand toe en liep eindelijk op volslagen storm uit hetwelk ens noodzaak
te bij het krieken van den dag te Havre binnen te loopen. Hier was
liet dat Ulrich bij mij in de kajuit kwam en mij zijn voornemen te
kennen gaf, dat hij mij wilde verlaten als zijnde zulks het best voor
hem, maar ook voor mij. Ik wilde hiervan echter niets hooien, want
zulk eenen bekwamen man moest ik houden tegen welken prijs ook
weshalve ik hem ten einde zijne ontvlugling te verhoeden in nrest
Jiet brengeu. Maar den volgenden dag ik weet niet waarom liepen er
doffe geruchten onder mijn volk. Het is die hond van een ongeluksvogel
die ons ongeluk aanbrengt, zeiden eenigen. Met zulk een' aan boord
moet men wel vergaan. Sedert lang kende ik de zonderlinge bijgeloo-
vigheid der matrozen die alle moijelijke gebeurtenissen op zee toeschrij
ven aan één persoon die verantwoordelijk is voor alle ongelukken «1 ie
er kunnen gebeuren/ ik liet bij gevolg veertig slagen geven aan ieder
der twee heihamels, die deze zotte denkbeelden hadden geopperd. Wij
verlieten vervolgens Havre, en eens in de ruimte zijnde stelde ik Ulrich
weder in vrijheid. Door een onverklaarbaar noodlot op de hoogte der
Kanarische eilanden Palme en Fer terwijl ik deed loeven in de hoop
van het eiland St. Antonie te verkennen werd dc lucht buijig de wind
haalde meer en meer aan en hel begon weldra zoo te stormeu dat dc
kleine mars-steng en de lokkemast door een' rukwind werden medege
nomen. Nu maakte een schrikkelijk denkbeeld zich meester van de man
schap die als verbijsterd was door dit verlies. De matrozen kwamen bij
mij met eene vreesselijke uitdrukking van woede op hun gelaat en rie
pen als uit éénen mond In zee! in zee! den ongeluksvogel hij is
oorzaak van alles. Ellendigen! riep ik uit, mij met eene handspaak
wapenende, ik zal u doodslaan als honden, als gij de handen aan hem
slaat. In zee! in zee! wij willen om zijnentwil niet verdrinken, in zee!
En nu wilden zij Ulrich te lijf. Ik plaatste mij voor hem en ondeihaal
de de handspaak, om slagen uit te dvelen toen mij plotselijk een strik
toegegooid werd waarin ik verward raakte en op het dek viel waarna
men mij terstond knevelde. Nu was Ulrich aan de beurt en ik zag