A d v e r l e n l i n. Openbare Verkoopiag ministerraad gepresideerd. De spaanscho oorlogsvloot telt 178 schepen. lil Rusland zullen geene vreemde lingen benoembaar zijn tol predikers en onderwijzers. De kust van Marokko wordt door zeeroovers onveilig ge maakt. De bey van Tunis is geheel hersteld en alle be zorgdheid voor zijn leven geweken. De opstand in Mon tenegro neemt hand over hand toe. De spoorweg van Aken naar Dussehlorf is geopend. Z.M. heeft mr. J, A. Jolles tot advokaat-gencraal bij hel prov. geregtshof in Noordholland benoemd. De baron van Doorn van Wesl-Capelleopper hofmaarschalk des Konings, is overleden. De stadsbaas van 's Gravenhage heeft een witte mol gevangen. In do gemeente Woerden wordt een policiedienaar verlangd op cene .jaarwedde van ƒ300 en vrije kleeding. - Op eene hofstede nabij Alkmaar staan tulpen in vollen bloei. De keizer van Oostenrijk is verloofd met eene saksischo prinses. EfeS-T* "O" T 1W IST^ "ESTfaEOg) ctljïj {Vervolg en slot.) Langs een fraaijen en goed geplaveiden weg met boom en bezoomd bereikte men de stad alwaar het aantal en de grootte harer prachtige gebouwen de menigte koopmansgoederen de zindelijkheid der straten en de overal heerschende orde hem met verbazing en eerbied vervulden. Hij schatte de bevolking der stad op ten minste 200,000 zielen. Overal ontmoette men digte drommen van manspersonen terwijl niet een enke le vrouw op de straten werd gezien maar een sein van den officier met de roede die vooruitging verschafte oogenblikkelijk eenen doortogt en onder het voorbijtrekken langs die massa's levende wezens werd bij door de meoigte zeer nederig verwelkomd. Aan het paleis gekomen trad een luisterrijk gekleed officier hem te gemoet en geleidde hem met veel voor komendheid in een ruim voorvertrek hetwelk gebouwd en versierd was in den stijl van de oostersche bouwkunde. Men verzocht hem alsnu be leefdelijk zijne schoenen uit te trekken heigeen hij zonder aarzelen deed doch zich in stilte voornemende om geene verdere vernedering te gedoogen. Kort daarna werd hij geleid naar de deur der receptiezaal en deze binnentredende werd hij bijkans verblind door de pracht van hare versiering. De vloer was bedekt met een verwonderlijk schoon tapijt de wanden waren met rijke roode zijden stoffen behangen glinsterende zoo overvloedig met gouden sterren en anderen bekoorlijken looi dat hem dit gezigt de toover-vertellingen der duizend en een nacht te binnen bragt. Aan het hooger eiüd der zaal was op eene verhevenheid onder een luisterrijk verhemelte van zijden draperiën kruiselings met de voe ten onder het lijf gezeten zijne hoogheid de gouverneur gedost in een onbedenkelijk prachtig oostersch gewaad. Yan de deur tot aan den troon stonden verscheidene rijkgekleede officieren alle hunne ambtsroeden in de hand houdende die zoodra hij binnentrad eene nederige buiging maakten. De hem begeleidende officier viel bij het binnentreden op zijne handen en knieën en kroop naar den troon alwaar hij zonder op te zien kennis gaf van de aanwezigheid van den hoogen vreemdeling Kapitein W e 1 s h trad alstoen voort tot in het midden der zaal en na het geven van een Europeschen groet aan zijne hoogheid die met heuschheid werd beantwoord naderde hij op een ontvangen teeken tot bij den troon alwaar hij zich achter dezen broeder der zon en neef des ganschen firmaments nederzette, terwijl de geleidende officier achterwaarts de kamer weder uitkroop zonder het hoofd op te heffen tot dat hij de deur had bereikt als wanneer hij met neergeslagen oogen en na een diepen salaam opstond en zich begaf naar liet voorvertrek. Nu werd door middel van een tolk een ongedwongen gesprek gevoerd gedurende hetwelk kapitein \Y e 1 s h gelegenheid vond, om nit te weiden over zijn land deszelfs instellingen de goede gezindheid der bevolking jegens de Japanezen en den wensch om met hen in goede verstandhouding te leven kortom hij sprak in dier voege dat zijn bezoek een goeden in druk moest achterlaten waarin hij dan ook te oordeelen naar latere opmerkingen vermeent te zijn geslaagd. Men bood hem suikerwerk confituren en verschillende ververschiogen aan; en op het einde der con ferentie ontving hij verlof, om in volle vrijheid de stad te bezoeken, waarna hij met hetzelfde ceremoniëel, als bij zijne komst weder werd tgeleid. Zijn latere omgang met de inboorlingen was op denzelfden vriendschappelijken voet. Zijne beschrijving van hunne fabrijken hun hoogen trap in onderscheidene kunsten hun land- en tuinbouw hunne gebruiken enz. was hoogst belangwekkend. Het schijnt buiten twijfel dat indien mannen, gelijk kapitein W e 1 s h dikwijls Japan bezochten, een gunstige dunk ten aanzien van zijne natie zoude geboreu en eene in ternationale gemeenschap met dat zonderlinge volk geopend worden. Te San Francisco heeft men dikwijls japanesche schipbreukelingen ge zien. Zij waren minzaam en aangenaam in hnnne gedragingen en sche nen hoogelijk ingeoomen met al wat zij zagen en met de goede bejege ning welke zij van de ingezetenen over het algemeen ondervonden. Zij verschilden in voorkomen van de Chinezen even als de Duilsehers van de Franschen zijnde breeder vaa schouders en zwaarder van Jigolnarus bouw ofschoon niet rijzigei de meesten droegen het hoofd glad ge schoren enkelen hadden echter nog een haarlok op de kruin. Een onderwijzer in de muzijk ontdekte voor eenige maanden dat een korporaal van het 47e infanterie-regimentdat te Nantes in garnizoen lag eene zeer schoone tenor-stem had. Gehoor ge vende aan den raad van den onderwijzer ging den korporaal naar Parijs, studeerde daar in het conservatorium en werd spoedig lid van het tooneelgezelschap der opera national. Daarop bekwam hij een engagement aan het theater te Brestwaar hij in de vorige week met gunstig gevolg optrad. Onmiddelijk na het eindigen van de derde acte werd hij echter als deserteur in hechtenis ge nomen. De Directeur van het tooncel ijlde naar Parijs en met groote moeite erlangde hij voor zijn tenor een verlof van zes maanden. Ondertrouwd TJALLING JOIIANNES LEEWENS en CORNELIA MOORMAN. Nieuwediep, 20 Januarij 1853. De ondergeteekende \er\Tiltigl zijne geëerde Begunstigers, dat zijne UITDRAGERIJ in GE MAAKTE en ONGEMAAKTE KLEEDEREN verplaatst is achter de Rasters, in het huis van de Wed. Hoogenbosch naast do Gereformeerde Kerk, en dat hij evenwel blijft voortgaan met den IN- en VERKOOP van alle soorten van GOEDEREN in hetzelfde vroeger door hem bewoon de huis. Verzoekende gunst en recommandatie, belo vende eene prompte en civiele behandeling. P. VRIESL ANDER. De ondergeteekende verzoekt ieder, die nog gelden schuldig zijn aan den heer E. J. M, van der ROEST, om zich voor vervolging te vrijwaren, dezelve te betalen aan zijnen Administrateur te Nieuwediep, L. van BERK. van ZWAAR ESSEN en EIKEN HAKHOUT, op vio plantsVERGELEGEN nabij de Schagerbrug aan den Ruigenweg in de Zijpe op Dingsdag den 25 Janu arij 1853 des voormiddags ten elf ure. 3 Bij vonnis der Arrotidissemenls Regtbank to Alkmaar, den derligsten December 1800 tweo en vijftig, in zake lusschen Mejufvrouw CATHARINA MARIA SINKEL, zonder beroep, wonende aan het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1853 | | pagina 3