Voor korten tijd leefde te Londen een echtpaar in aanhoudende twist, en wanneer de vrouw haren man eens ter dego wilde ergeren was zij gewoon op spottender! toon uit te roepen: Ik hoop althans zoo lang te leven, dal ik op uw graf zal kunnen dansen; dat zal een feestdag voor mij zijn!" Deze dikwerf herhaalde bedreiging scheen ein delijk bij den man eene soort van idee fise te zijn gewor den. De man stierf inderdaad het eerst en daar hij geene kinderen naliet, kwamen al de leden der familie bijeen, om hel testament te zien openen. Hoe stonden allen ver baasd, oj) hel hooien van de eerste bepaling des uitersten wils, luidende: ïk wenschdal mijn Ijk op tenminste een kwartier uurs afstand van den wal in zee zal worden nedergelalenopdat mijne echtgenoot niet op mijn graf zoude kunnen dansen," -Onlangs werd te Londen do volgendo zaak behandeld. Een arme kleedermaker eischte voor het geregt eene som van 9 p. st. voor kleederen, die hij gemaakt en geleverd had aan eenen kwaden betaler. Aan hel bewijs ontbrak niets. Toen de advocaat van den beklaagde den kleeder maker vroeg, welke knoopen hij op de kleederen geplaatst had, werd zonder aarzelen geantwoord: knoopen van laken. De regler zag den advokaal verwonderd aan en vroeg, wat dit met de zaak in geschil gemeens had. Veel, antwoordde de ander, gelijk gij terstond hooren zult. Toen las hij tol verbazing van allen, verordeningen van Koning William van Koningin Anna en van George I voor, waaruit bleek dat hel verboden was, knoopen van laken te maken, en «lat de eiscber, wel ver van zijne vordering te kunnen er langen, bovendien eene boete verbeurt had, dewijl hij knoopen van laken in plaats van koper gebruikt had. Het is, zcide hij, hier bepaald, dat niemand in Engeland knoo pen van laken, serge, kamelot of andere stoffen op de klee deren plaatsen zal, op boele van 40 schellingen voor ieder dozijn van dergelijke knoopen, en do verordeningen bepa len bovendien, dat niemand betaling eischen kan voor kiee- deren zonder knoopen van koper. Deze rede veroorzaakte een schaterend gelach; maar de regler oordeelde inderdaad dat deze ongerijmde verordeningen in den goeden ouden tijd uitgevaardigd om de fabrieken van Birmirigham op te beuren, ofschoon in onbruik geraakt, nooit terug geroepen waren en nog werkelijk kracht van wet hadden. Den annen kleedermaker werd zijn eisch ofschoon die gegrond erkend was niet alleen ontzegd maar bovendien bedreigd met ver volging voor de boete, die hij verbeurd had. Aan den Morning Herald heeft men uit Lissabon het volgende geschrevenDe hertog van Saldanha bezit zelf geen vermogen hij heelt de aanzienlijke som verkwist die het land hem gegeven had en moet dus van zijn jaarlijksch in komen leven. Hij besloot door een rijk huwelijk van zijn zoon zijn toestand te verbeteren en zond alzoo den graaf Saldanha naar Oporto om naar de hand te dingen van don na Terceira, een twaalfjarig vaderloos meisje, dal met hare moeder op een landgoed nabij Oporto woonde. Afgewezen zijnde, besloot bij geweld te bezigen hij zond eene ge wapende bende af, om het meisje te schaken en wachtte in de nabijheid met een priester, die terstond het huwelijk zou sluiten. De beide dames hadden er echter bij tijds er lucht van gekregen en waren onlvlugl. De handlangers van den graaf vonden dus niet alleen een ledig huis, maar tevens de landlieden onder de wapenen, Senora Terceira die naar Rigoa gevlugt was, slaagde er in, een militair es- korte te erlangen en zocht een wijkplaats in het klooster Das Chagas. Hoewel zij voorzien was van eene aanbeveling van den bisschop, werd zij niet binnen gelaten, oindal de abdis den zoon van den eersten minister vreesde, en daar het ruchtbaar geworden was, dat de jonge Saldanha in hel bezit was van een bevel zijns vaders aan de burgerlijke en militaire overheid o:n hem in zijn plan te ondersteunen. Zij heeft het besluit moeten nemen, het land te verlaten. De liberale bladen beijveren zich deze gebeurtenis te laken en geven eene soort van waarschuwing aan de burgers om hun goud in veiligheid te brengen, ten einde niet geplun derd te worden door tien minister-president en opperbevel hebber van hel leger. Te Parijs heeft de heer Fouldminister van staat, aan mlle Georges het privilegie verleend, de stokken enz. te mogen bewaren van de bezoekers van bel Nijverheids paleis in 1854. Zeer vee! sollicitanten hadden zich hier voor aangemeld, om het voorregt te verkrijgen dit bureau des cannes te houden, hetgeen, naar men berekent, meer dan 100,000 fr. zal opleveren. De heer Fould heeft echter alle aanzoeken van de hand gewezen, en mlle Georges daarmede begiftigd, om daardoor een bewijs te geven van erkentelijkheid voor de diensten door haar aan de drama tische kunst bewezen, en tevens te gernoet te komen in haro behoeften, waarin die begaafde kunstenares niet in slaat is uit eigen middelen te voorzien. Do Salut Public, van Lyon, deelt van den 21 dezer, hel verhaal mede van een moordtooneel dat den 19den iu de slad Tournon plaats had. Zekere Jean Alboussière, Fleury genaamd, een kruijer van reusachtige gestalte, 27 jaren oud, werd dien dag medegedeeld, dat een huwelijk, dat hij wenschte te sluiten geen voortgang zou hebben. In zijne waanzinnige woede ontmoette bij zijn petekind, 6 jaren ouden sloeg het ter neder. Vervolgens mishandelde hij een ieder, die hem in het stadje tegenkwam en ver scheidene personen ontsnapten met moeite aan zijne handen. De commissaris van policie, vergezeld door twee gendarmes, onbekend met de uitgestrektheid van zijne buitensporigheden zocht hem op en beval hem huiswaarts te keerenbij scheen te gehoorzamen, maar to middernacht werd de commissaris door een beambte bij de gaz-fabriek gewekt, meldende dat hij ter naauwernood aan Alboussière ontsnapt was, die reeds een ander persoon, een hoedenmaker, had verworgd. Zes gendarmes begaven zich naar de woning van den moordenaar, die er zich in opgesloten had; hij riep hen toe dat hij wel wist, dat het schavot op hem wachtte, maar dat hij den eersten, die hem zpu aanraken, zou ter nederslaan. Hij wondde vervolgens verscheidene gendarmes met steenen en toen zijne grijze ouders en zijne zusters dit wilden belettenviel hij hen meteen stuk hout hevig aan. Een zuster wist het huis te ontkomen en smeekte, men zou hare moeder redden, daar haar vader reeds doodgeslagen was.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1854 | | pagina 2