WEEKBLAD van oen
1855.
ES UET
DERTIENDE JAAKU.nv,
N\ 2.
•aOiGEN T r
w °op,
4:1,
Dit Weekblad wordt eiken Maandag-morgen
uitgegeven bij C. BAKKER Bz.te Nieuwediep,
De prijs is 80 cents in de drie maanden en voor
de buitensleden franco per post 90 cents. Men
abonneert lich bij de Boekhandelaren en Postkan
toren zijner woonplaats.
M IV D A O
AF)VERTElVTIEiV gelie«e rrieu ongezegeld san
den [liigever in te zenden, uiterlijk Zsturdags des
middags ten 12 ure; de prijs ?an 1 tot 4 regels
is 60 centen, voor eiken regel meer 15 Centen,
behalve 35 centen zegelregt voor elke plaatsing.
8 J AL K II A R IJ.
STAATKUNDIGE BESCHOUWINGENVEKTOOGEN enz.
Vervolg.
Na den strijd over het voorstel tot afschaffing van den accijns
op het geslagt, trad de heer van Voorn, als minister van Finan-
tien af, die na eenigc oogenblikken aan het hoofd van het minis
terie der Hervormde Eercdienst gestaan te hebben, een schuilplaats
zocht in den raad van Staten, tegen 5000 gulden 'sjaars.
Zijn tijdelijke opvolger was de groote van Hall, die nevens het
ministerie van Buitenlandsche Zaken, ook dat van Financiën nog
wel meende te kunnen waarnemen. Voor de IJdelheid is niets te
zwaar! Hij wilde dan ook toonen dat het hem niet te doen was,
om slechts de loopende zaken aan den gang te houdenmaar
wel degelijk zich minister van Financien te betoonenen het be
ruchte conversieplan, waarbij hij magtiging verzocht, om tot het
eind van 1657 met de millioenen in 's lands kas te speculeren,
en de beurs te agiteren, was het produkt van zijn ijver. Na eene
wanhopige poging, om het tegen de bedenkingen, in de sectien
gemaakt, te verdedigen, ruimde hij het ministerie van Financien
voor den heer Vrolik.
Als minister van Buitenlandsche Zaken toonde van Hall zich
niet schitterender. Indien wij ons herinneren, hoe medelijdens
waardig de interpellatien over den fransehen kruiserop onze
rivieren gestationeerd; over den Jongen Albert; over onze onzij
digheid en de beginselen, waarvan onze regering daarbij uitging;
over het stelsel, dat zij bij de oorlogvoerende partijen verdedigde;
over de middelen hoe men waakte, dat eigen ingezetenen geen inbreuk
op die onzijdigheid zouden maken beantwoord werden hoe hij zijne
verlegenheid achter toorn trachtte te verbergendaardoor de spreuk
bevestigende vous vous fachez, dont vous avez tori, dan komen
wij tot het vermoedendat hij naauwelijks aan den omvang van
zijne verantwoordelijkheid gedacht heeft.
Waar hij echter wel aan gedacht hadwas de wenk van den
heer van Vennepvan het vorige jaar, om de gezanten van
goede koks te voorzien, immers door verhooging van tractement
hen daartoe in de gelegenheid te stellen. Dit viel echter minder
in de smaak der Tweede Kameren welligt had hij daarop een
volkomen neerlaag geleden, als de heer van Akerlakendoor zijn
voorstel van het halfje, hem niet eene retraite bewaard had.
Vonker Curliusdie het voor weinige jaren als eene beleediging
zoude hebben opgenomen, indien men hem voorspeld had, dat hij
eenmaal door van Hall als collega op sleeptouw genomen zoude worden
zette een lap op onze strafwetgeving en regterlijke organisatie. Van
eene volledige herziening zal in lang nog niets komen. De door
hem benoemde commissie is, zoo als ieder voorspeld had, onver-
rigterzake uiteengegaan. Zijn vroeger streven naar bezuiniging is,
in de schaduw van van IIa.ll, aan het kwijnen geraakt. Zorgde
van Hall voor zijne gezanten, hij wilde ook voor zijnen secretaris
generaal zorgen, maar was bij de Kamer niet zoo gelukkig als
zijn collega; niemand bood hem een halfje.
Van lteenen bragt eene armenwet tot stand die op een transactie
tusschen het stelsel van Thorbecke en den wensch der kerkelijken
berustte. Eene beoordeeüng daarvan is thans ontijdig, maar wij
ontveinzen onze vrees niet, dat de minister zich in zijne bedoeling,
om de armverzorging meer en meer op kerkelijk terrein over te
brengen en de subsidien der gemeenten te verminderen, bitter
teleurgesteld zal zien.
De wederstand door van lleenen aan het reactionair drijven
om op onze organieke weiten terug tc komenbetoondgeeft hem
eenige aanspraak op de sympathie der constitutionelen. Wij hopen,
dat de poging der stad Amsterdam om tot eene omwerking dei-
gemeentewet te komengelijkelijk bij hem schipbreuk zal lijden,
Mogt hij evenmin ten bezware van het budget hebben toegegeven
aan de ijdelheid van eenige geleerden, vel quasi, die het eenmaal
begraven Koninklijk Instituut, al ware het dan ook in eenigen
anderen vormuit den doode opgewekt wilden hebben.
Geen der ministers bragt echter een zwaarder slag aan hetjbuu.
get toe, dan de minister van oorlog die na eerst in de eene rig-
ting te hebben medegezeilddadelijk in de tegenovergestelde rig-
ting is overgegaan. Vroeger onder het ministerie Thorbecke ver
klaarde hij, dat tien en een halve millioen voldoende was, om do
verdedigings-middelen in zoodanigen staat te houden, als de eer
en het belang des Vaderlands vorderde. Door verschillende sup-
pletoire begrootingen die onder een beroep op buitengewone omstandig,
heden werden aangenomen is er voor 1S54 anderhalf millioen
bijgekomen en bij de begrooting voor 1855 is twaalf millioen
als een normaal cijfer dat geene vermindering duldt aangenomen.
Ziedaar een tastbaar onderscheid tusschen een ministerie Thorbecke
en een ministerie van Hall, Dezelfde man die nevens den een
zittende met 10-| millioen toe kan, heeft met den ander regerende
twaalf millioen noodig.
Die begrooting is aangenomen evenwel met geringe meerderheid
waaronder nog eenigen, die hunne stem door de buitengewone
omstandigheden (door den minister zeiven ter zijde gezet) lieten
leiden.