Hoe komt liet, dat de rijksveeartsen op vele plaatsen zoo wei nig opgang gemaakt hebben? Veelal is hij te duur.Zijne we tenschappelijke opvoeding doet hem eene billijke aanspraak maken op eene belooning met zijnen stand en zijne kennis in evenre digheid staande; maar dat kan van een varken of een schaap niet af. Een koe van ƒ100 wordt ziek, de empiricus beproeft liet twee, drie dagen haar te genezen. Te vergeefs. Er is niets aan te doen, zegt hij, ik zou het beest maar aaneen slager verkoopen. Dit geschiedt; de boer ontvangt nog 60. Maar de veearts doorgrondt de kwaal, hij kent de regte medicijnen, het beest wordt genezen; maar is intusschen zoo vermagerd en afgevallen, dat niemand er nog ƒ50 voor biedt. Wie van beiden is voor den boer voordeeliger geweest/7 Volgens de memorie van toelichting is het aantal empirici vijf maal zoo groot dan dat der geëxamineerde veeartsen. Aan die personen zal een termijn van twee jaren worden verleend, om zich voor een examen te bekwamen. Slechts een klein deel zal daartoe de gelegenheid en de lust hebben, de overigen zullen gewis tot groote last en ongemak der veehouders niet meer mogen practiseren (ten zij gratis, wat niemand lang volhoudt.) Wij ge- looven evenwel nietdat dit den veeartsen veel zal batenwant men zal dan in het algemeen nog liever met buren en belenden raad plegen, dan den geexamineerden veearts roepen, die volgens artikel II van alle door hem opgemerkte ziekten die tot politie-maatrege- len kunnen aanleiding geven rapport moeten maken. Wij zijn daarom van oordeel, dat de wet niet door het alge meen belang gevorderd wordt, belemmerend voor den veehouder zijn zal, en toch het voorgestelde doel niet zal doen bereiken. ITXSUTTSSIJDXSSröESr. HELDER en N1EÜWED1EP, 24 Februarij 1855. De verjaardag des Konitigs werd jl. maandag hier op de gebruikelijke wijze berdachl. Wij hebben het genoegen aan onze Lezers te berigten i dal wij van eeno officiële zijde in slaat zijn gesteldin ons Weekblad oplenemen de nietereologische waarnemingen welke alhier op het provinciaal observatorium door den heer C, van der Sterr worden gedaan. Wij twijfelen niet of deze voor eene zeeplaats gewigti- go roededeeling, zal de belangstelling wokken van allen, die hunne bijzondere aandacht op do gesteldheid van het weder vesïigen. Gisteren hadden wij hier een treflend zeegezigl, Een engelsch driemaslschiprondom door drjjfijs bezet, trachtte, geboegseerd of getrokken door zes groenlandsche sloepen, onze haven te hereiken. Dit gelukte tot aan de monding van het Nieuwediep. De sloepenniet in staat zijnde het ijs verder te breken, werd door hakken en zagen daarin eene opening gemaakt en slaagde men er in het schip eene veilige ligplaats te geven. Van de equipagie van gemelden bodem zijn twee matrozen met bevroze» ledematen in het marine-hospitaal opgenomen. Bij besluit van 9 Februarij heeft Z, M. bewilligd in hot oprigten der duinwaterleidingmaatschappij in deze gemeente, onder directie van den heer mr. Ch. Bosch Reitz. In een fVoord over de Opleiding van Adelborsten (uitgeven te 's Gravenhage bij W. P. van Stockum) behandelt de heer W. J. G. Euyssen van Katlendijke, luitenant ter zee 1ste klasse, de vraag of het vooraanstaande zeeofficieren, bij de bestaande inriglingen, verkieselijk is te Breda of te Willemsoord hunne opleiding te ontvangen; do koninklijke militaire akademie en het wachtschip worden tegen elkander gewogen, en do evenaar wijkt naar den kant van Willemsoord, Wie dit vlugschrift knopt, doet te gelijk eene weldaad aan de weduwen en weezen van verongelukte schepelingen te Zwartewaal. Men verneemt dat in het begin van de maand Maar* a. s.eene nieuwe Dilegence-dienst tusschen de steden Alkmaar en Hoorn zal worden opgerigt, welke in corres pondentie zal staan met de ijzeren barges van en naar het Nieuwediep en den Helder. Te Liverpool is jl. maandag, ten gevolge van do duurte der levensmiddelen en het gebrek aan arbeid, de openbare orde ernstig gestoord. Des avonds was de muitende menigte door da policia weder tot orde gebragt. Ook in de groolo fabrijkstud Birmingham wordt, Itij da verflaauwing of stilstand in de ijzerfabriekenhooggaand gebrek onder do arbeidende volkski,tsso geleden» In een amerikaansch dagblad leest men als volgt; Voor eenige dagen geraakte de lunnelbrug op den Ballimore- Susquehanna-spoorwegnabij York, door brandende kolenf dio uit do locomotief van een goederentrein waren gevallen, in brand. Het vuur ontstond ten 7 ure en de brug stond reeds in volle vlam, voordat de bewoners van den omtrek het ontdekten. Omstreeks 9 uro stortte hot gansche gevaarte in. Op dat oogenblik zuilen een 20ta! personen bijeen ge weest zijn, doch geen hunner, behalve een 12jarige knaap, Ehli Rhem genaamd, kwam op de gedachte, dat uit de rigling van York weldra een trein moest aankomen. Zen der zich verder te bezinnen snelde do jongen in vollen ren den trein te geinoet. Bij de eerste bogt van den weg op ongeveer 100 ellen van de ingestorte brug, zag hij den spoortrein naderen. Maar hoe den machinist te doen be grijpen, dat hij hel verderf in de kaken snelde? Dit was niet gemakkelijk, want aangezien do machinist reeds meer malen door de jongens van die plaats was misleidwas het zeer onwaarschijnlijk dat hij den kleinen schreeuwer gehoor zoude hebben verleend. Biet eenen moed, dio een vol wassen mensch lot eere zoudo hebben verstrekt, plaatste de kleine Rhem zich met opgestoken handen en luidkeels schreeuwende, midden op de spoorbaan. De machinist was hierdoor wel genoodzaaktindien hij geen voorbedachten moord wilde begaan, den trein tot slaan te brengen. Dit geschied zijnde, sprong hij naar heneden en vernam nu van den beldhaftigen knaap onder hijgen en stamelenwelk gevaar den trein had bedreigd. De mede afgestapte passa giers konden ooren en oogen naauwelijks geloovea toen zij het gevaar, waaraan zij zoo wonderdadig waren ontkomen, alsmede hunnen redder bemerkten. Eenige dankbaren onder hen lieten het niet bij fraaije woorden blijven, maar vulden de zakken van hunnen beschermengel met klinkende be wijzen van hunne erkentelijkheid, en de directeuren der spoorwegmaatschappij besloten in eene algemeene vergado- ring eeno helooning van 100 dollars aan den knaap te doen toekomen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Weekblad van Den Helder en het Nieuwediep | 1855 | | pagina 2